Ode aan Aart Timmermans a.k.a. Ras Fire (1959-2019)
Niemand in Nederland kweekte betere cannabis dan Ras Fire, toch niet voor mij
Eind oktober is Aart Timmermans overleden, volgens Karel Michiels de beste cannabiskweker van Nederland, en zoveel meer.
Toen ik nog het voorrecht had om te zetelen in de jury van de Highlife Cup, had ik maar één norm: de kwaliteit van Happy Brother, de zelfgekweekte soort van mijn Hollandse vriend Aart Timmermans a.k.a. Ras Fire. Uit een kruising van Hindu Kush en vroege, hoogwaardige nederwiet creëerde hij eind jaren tachtig de beste cannabis die ik in mijn leven geconsumeerd heb. En Jah weet hoeveel soorten ik in mijn leven tot mij heb genomen. Voor de Highlife Cup alleen al ging het elk jaar om zestig, zeventig, soms honderd verschillende samples. Hoogst zelden kende ik een soort de perfecte tien toe die Happy Brother van mij kreeg. Niemand in Nederland kweekte betere cannabis dan Ras Fire, toch niet voor mij. Dat hij ook nog eens een authentieke rastaman was, én mijn beste vriend, maakte het plaatje compleet. Happy Brother is meer dan twintig jaar mijn vaste huiswiet geweest.
Progressieve spierziekte
Ras Fire kweekte zijn cannabis niet letterlijk zelf. Hij had een progressieve spierziekte die hem sinds zijn twintigste aan een zelfgebouwde rolkar kluisterde. Aart kon alleen zijn gezichtsspieren nog bewegen. Voor alles wat hij ondernam in het leven, en dat was meer dan waar de meesten van ons ooit aan toe komen, had hij zijn vrouwen en zijn vrienden nodig. Maar we moesten wel perfect doen wat hij vroeg.
Precies doen wat ik zeg
In Amsterdam heeft Aart ooit mijn auto geparkeerd. Ik zat uiteraard zelf achter het stuur en we waren in het hart van de stad op zoek naar een parkeerplaats. We zagen een plekje maar dat leek mij veel te klein. ‘Stop!’ zei Aart, op een toon die geen tegenspraak duldde, en die hij wel vaker durfde hanteren. Volgens hem zou ik er wel degelijk tussen kunnen. ‘Precies doen wat ik zeg,’ gebood hij. Ik kan in het algemeen goed parkeren maar ik geloofde nooit dat het me hier zou lukken. Het benieuwde me of Aart ook dit kunstje zou kunnen flikken, en besloot me over te geven aan zijn instructies. ‘Draaien, draaien, draaien! Stop!’ Zijn ogen flitsten heen en weer tussen de drie achteruitkijkspiegels. ‘Andere kant! Draaien, draaien, draaien! Stop!’ En nog eens, en nog eens. En plots stonden we goed. Geen bumper of stoeprand gevoeld. Aart had de wagen perfect geparkeerd, met behulp van mijn handen en armen.
Spirituele leraar
Maar hij was niet alleen een handige Harrie, hoe onwaarschijnlijk dat op zich al klinkt als je hem niet kende. Aart was voor mij ook een spirituele leraar, in de breedst mogelijke zin van het woord. Hij was bijbelvast opgevoed en leerde mij met die achtergrondkennis tientallen reggaenummers beter begrijpen. Hij betrok de bijbelse verzen op de actualiteit en het dagelijkse leven, zoals ook de rasta’s dat doen. Hij gebruikte en verspreidde die inzichten om de mensen in zijn omgeving te verlichten, om het leven lichter te maken, in beide betekenissen van het woord. Hij puurde er prachtige liedjes uit, met teksten die niet moeten onderdoen voor de rastalyriek van Bob Marley en Israel Vibration, zijn grote voorbeelden en muzikale inspiratiebronnen.
Band én eigen studio
Ras Fire had zelf een band én een eigen studio. Hij was niet de beste zanger, en dat wist hij. Daarvoor ontbeerde hij een klankkast, een stevige borstkas. Maar hij zong wel toonvast, en zijn stem kwam uit een andere wereld. Even breekbaar als onverzettelijk. Even hoog als beklijvend. Als Ras Fire zong, moest je luisteren. Zeker als je hem zàg zingen, helemaal in zijn element, met een band van topmuzikanten rond zich en een sound die hij zelf had afgesteld.
Big up
Zoals op zijn zestigste verjaardagsfeest. Ooit hadden de dokters gezegd dat hij rond zijn twintigste zou sterven, zoals andere mensen met zijn aandoening. Aart keerde zich af van de medische wetenschap, besloot volledig zelfvoorzienend te worden en heeft sindsdien nooit meer teruggekeken. Die avond in Tilburg werd hij omringd door familie en vrienden, die hem na de show allemaal een big up kwamen geven, en hun liefde voor hem uitspraken. Aart kreeg tranen in de ogen van al die oprechte liefdesbetuigingen. Samen maakten we plannen voor een vlog. De woorden van Ras Fire verdienden het om verspreid te worden. De wereld moest zijn boodschap horen.
Natural mystic
Twee dagen later is Aart onverwacht gestorven. Een week na zijn feestje stonden we met z’n allen op zijn begrafenis. Het leek wel of het allemaal zo moest zijn. Ook al had hij het misschien niet zo gepland (zo kenden we Aart nochtans niet), een mooier afscheid had hij zich niet kunnen wensen. Natural mystic, om Bob Marley te citeren.
Voorrecht
Maar ik ben ook heel dankbaar voor de bijna dertig jaar dat we elkaar gekend hebben, veel langer dan de dokters hem ooit te leven hadden gegeven. Dankbaar dat hij ook mijn dochter van kleins af aan in zijn hart heeft gesloten en cruciale levenslessen heeft meegegeven. Ze zorgt intussen zelf voor iemand in een rolstoel, en ook daar zal de hechte band met Aart niet vreemd aan zijn. Het was een voorrecht om met Ras Fire bevriend te zijn, en een stuk van zijn leven te mogen delen. En wie betere ganja heeft dan Happy Brother, mag het altijd laten weten.