De zaak Johan van Laarhoven
Hoe begon de zaak rond Johan van Laarhoven? Drie jaar geleden schreef Derrick Bergman een reconstructie, die we nu (deels) herplaatsen: ‘Begin jaren tachtig opent Johan van Laarhoven een van de eerste coffeeshops buiten de Randstad: Ochtendgloren in Tilburg. Dit eerste shopje groeit uit tot een klein imperium, The Grass Company, met twee shops in Tilburg en twee filialen in Den Bosch.
Een reconstructie…
Eind 2008 verhuist Johan naar Thailand om het samen met zijn Thaise vrouw Tukta en hun beide kinderen rustiger aan te gaan doen. In 2011 verkoopt hij zijn geesteskind. Kort daarna start justitie een groot onderzoek naar The Grass Company, met Johan als hoofdverdachte. Er volgen massale invallen, met honderden politieagenten en ambtenaren, maar het levert niets op. Al in 2012 en 2013 stuurt het OM rechtshulpverzoeken aan Thailand, maar zonder resultaat. In mei 2014 grijpt het Thaise leger de macht. Nog geen twee maanden later stuurt het OM een nieuw rechtshulpverzoek, op 14 juli gevolgd door een zeer belastende brief van ‘liaison officer’ Ben Olde Engberink, werkzaam voor de Nederlandse ambassade in Bangkok. Hij vraagt de Thai een strafzaak te beginnen en dat verzoek is niet aan dovemansoren gericht: op 23 juli 2014 worden Johan en Tukta met veel machtsvertoon gearresteerd. De vonnissen die de Thaise rechtbank in november 2015 uitspreekt komen als een mokerslag aan: 103 jaar cel voor Johan en 18 voor Tukta.
Onderzoek naar achterdeur
Sidney Smeets, een van Johan’s advocaten, vertelt in september 2016 bij Pauw dat het onderzoek naar The Grass Company aanvankelijk gericht was op de achterdeur, de voorraad van de shops. “Dat onderzoek is spaak gelopen, omdat de Nederlandse rechter daarvan zegt: dat is eigenlijk helemaal niet interessant, er is natuurlijk ergens een voorraad, anders kan het niet verkocht worden. Toen dat spaak liep moest een list bedacht worden en heeft het OM gezegd: dan gaan we het onderzoek concentreren op of er wel genoeg belasting is betaald. Vanuit dat financiële onderzoek heeft men gezegd: hij zit nu in Thailand, zijn geld zit in Thailand, laten we eens contact opnemen met die Thaise junta, of we daar een deal mee kunnen sluiten.”
Beruchte brief
Smeets “Ze hebben niet alleen gerommeld met de feiten, ze hebben gewoon een deal gesloten met de Thai. Er is overleg geweest en daarin hebben de Thai gezegd: we willen best een aantal dingen doen, maar dan moeten jullie ons een verzoek sturen om een eigen onderzoek te starten.” Dat werd dus de beruchte brief van 14 juli 2014, met goedkeuring van het ministerie, zoals Smeets bij Pauw benadrukt. En zo stinkt er nog veel meer. In februari 2016 wordt bekend dat officier van justitie Lucas van Delft, leider van het Nederlandse onderzoek, doodsbedreigingen aan zijn adres zelf heeft verzonnen en onder valse naam aan de politie gemeld. Een in Thailand woonachtige Nederlander hoort in juni 2015 in het Hilton in Bangkok Nederlandse justitie ambtenaren praten over Johan’s zaak: “Schuldig of niet, hij gaat voor de bijl, links of rechtsom, niemand wint het van de politie als wij dat willen!”
Vooropgezet plan
Wie zich in de zaak verdiept, ontkomt niet aan het beeld van een vooropgezet plan om Johan, doelwit nummer één van de Taskforce Hennepteelt, hoe dan ook kapot te maken. Schuldig of onschuldig. Zijn advocaten proberen dan ook te bewijzen dat de staat een onrechtmatige daad heeft begaan, via verhoren van betrokken politie en justitie ambtenaren. Tweede Kamerlid Vera Bergkamp (D66) bestookt ondertussen met lovenswaardige vasthoudendheid de ministers van justitie en buitenlandse zaken met Kamervragen over de zaak.’