Leren van coffeeshops
Op 21 april 2020 las ik in NRC de column ‘De georganiseerde misdaad vindt altijd een oplossing’ van arts-onderzoeker en chirurg in opleiding Emma Bruns. Zij stelt dat de georganiseerde misdaad als geen ander het vermogen heeft om bij obstakels een oplossing te vinden. Dat baseert zij onder andere op het feit dat hoge politiefunctionarissen aangeven dat drugstransporten ook in tijden van corona onverminderd doorgaan. Dat betekent volgens haar dat de sector zich binnen korte tijd heeft aangepast aan de lockdown.
Zij noemt de Netflix-serie Ozark als voorbeeld. De serie gaat over een keurige financieel adviseur die 500 miljoen dollar moet witwassen voor een drugsbaas. “In Ozark zie je hoe een gezin van volgzame en passieve burgers binnen korte tijd transformeert in een creatief bedrijf”, aldus Bruns. Het laat volgens haar zien dat schaarste niet uitsluitend hoeft te leiden tot beperking: Het brengt ook saamhorigheid, solidariteit en creativiteit. Dit is uiteraard een sterk geromantiseerd beeld van wat er zich afspeelt in de “onderwereld”. Maar dat spelers op illegale drugsmarkten over het algemeen flexibel en creatief zijn, is evident. Zij moeten immers altijd trucs uithalen om datgene wat onzichtbaar moet blijven toch te laten plaatsvinden. De eerste partij drugs verstopt in een zending hulpmiddelen ter bestrijding van COVID-19 is inmiddels al ontdekt. Saamhorigheid en solidariteit zijn er echter alleen bij dreiging van een groot gevaar en als de afzonderlijke individuen er direct zelf beter van worden.
Creatief onder de radar
De gedachte of er in deze tijden iets te leren valt van mensen die actief zijn in de onderwereld prikkelde mij echter. Een belangrijk kenmerk om in deze wereld te overleven is dat mensen onder de radar moeten blijven. Als je teveel in de spotlight komt dan loopt dat meestal slecht af. Dat betekent ook dat creatieve ideeën en oplossingen niet aan de grote klok kunnen worden gehangen. Het is juist deze combinatie van vaardigheden die wellicht de moeite waard is om nader te bestuderen. Creatief zijn, maar onder de radar blijven. Voor coffeeshopondernemers die met een voet in de legale en de andere voet in de illegale wereld staan, is dit de dagelijkse praktijk. Dit was goed te zien toen de plotselinge sluiting van coffeeshops zeer onwenselijke gevolgen bleek te hebben (straatdealers stonden meteen klaar om de markt over te nemen) en zij als afhaalloket de dag erna weer opengingen. Zij namen onmiddellijk de nodige maatregelen om personeel en klanten te beschermen voor Covid-19. Op een groepsapp van coffeeshopondernemers werden daarvoor ideeën uitgewisseld. Zo hoort dat. Coffeeshops maakten duidelijk een belangrijke maatschappelijke functie te vervullen.
Afhaalloket
Dit betekent niet dat alles als van oudsher doorgaat. Coffeeshops zijn immers tijdelijk afhaalloketten geworden. En 1 april is het nieuwe rookbeleid in gegaan. Daarbij zitten coffeeshops die voornamelijk op toeristen draaiden, net als veel andere toeristische trekpleisters, zonder inkomsten. Die toeristen zullen nog wel een tijd wegblijven. Coffeeshops hebben altijd al moeten opereren buiten de grenzen van wat in theorie mogelijk is. Ook nu zullen zij met hun creativiteit een oplossing vinden om een belangrijke schakel te blijven in de Nederlandse cannabismarkt. Het is interessant om te kijken hoe coffeeshops omgaan met de nieuwe situatie. En misschien kan de rest van ondernemend Nederland daar later dan lering uit trekken.