VOORTGANG WIETEXPERIMENT

20 Sep 2019

Het spel tussen coffeeshops en telers

Het Wietexperiment begint steeds meer vorm te krijgen. In de nazomer zal duidelijk zijn welke gemeenten uiteindelijk mee gaan doen. De aanmeldingsprocedure voor de telers start volgens planning begin volgend jaar. Eind volgend jaar is bekend welke telers het geworden zijn. Dan kan het spel tussen telers en coffeeshops beginnen.
Het zal erom spannen of de eerste legale wiet in de coffeeshops ligt voordat we in het voorjaar van 2021 nieuwe verkiezingen hebben. Het is nog een hele klus om het wetgevingstraject te regelen. Maar ook om alle praktische en logistieke problemen rondom het wietexperiment op te lossen. Risico’s moeten zoveel mogelijk worden afgedekt. Voor de betrokken gemeenten, coffeeshops en telers breken spannende tijden aan. De belangrijkste vraag voor hen is of de legaal geproduceerde cannabisproducten voldoende aanslaan bij de consument. Zullen de aangewezen producenten in staat zijn om een divers aanbod van betaalbare, kwalitatief goede cannabisproducten te leveren? Niemand zit te wachten op een groeiende illegale markt of consumenten die massaal uitwijken naar coffeeshops in gemeenten die niet meedoen aan het experiment. Als de geleverde kwaliteit van de legale producenten goed is, dan hoeven de burgemeesters ook niet te vrezen voor justitiële procedures van coffeeshopexploitanten vanwege inkomstenderving. Alle coffeeshops in de deelnemende gemeenten moeten immers tot ongenoegen van een deel van de burgemeesters verplicht meedoen aan het experiment.

[caption id="attachment_20933" align="alignnone" width="780"]VOORTGANG WIETEXPERIMENT Legale wiet in de USA[/caption]

Laatste onderhandelingen

Over dit laatste punt wordt overigens op de achtergrond nog druk onderhandeld. Zo schreef de gemeente Utrecht in een brief aan minister Grapperhaus dat zij verplichte deelname van coffeeshops niet nodig vindt. Utrecht wil graag deelnemen aan het experiment, maar dan alleen met gemotiveerde coffeeshops. Op die manier heeft het experiment volgens de Utrechtse burgemeester veel meer kans van slagen en kan het ‘weglekken’ van consumenten naar de illegale markt worden voorkomen. In de brief wordt ook het probleem met hasj aangekaart. De Utrechtse burgervader meent dat het experiment pas kan starten wanneer de in Nederland geproduceerde hasj van voldoende kwaliteit is. Goede hasj is volgens hem niet binnen afzienbare tijd beschikbaar. Tenslotte wil Utrecht meer zekerheid over de financiële en juridische ondersteuning van deelnemende gemeenten vanuit de overheid. Dat laatste punt is door bijna alle gemeenten aangekaart. Er worden op dit moment afspraken gemaakt binnen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zodat de deelnemende gemeenten deze risico’s niet in hun eentje hoeven te dragen.

Ingezetenencriterium

Een ander punt waar burgemeesters nog over onderhandelen is de verplichte toepassing van het ingezetenencriterium voor gemeenten die aan de Duitse of Belgische grens liggen. Op dit punt lijkt het kabinet geen enkele ruimte te bieden. De gemeente Oldambt (Groningen) heeft nog een poging gewaagd in een gesprek met de ministers Bruins (Medische Zorg) en Grapperhaus (Justitie & Veiligheid). Maar deze bleven onverbiddelijk: coffeeshops in grensgemeenten moeten toeristen weigeren. Sikkema, de burgemeester van Oldambt zag zich daardoor gedwongen om zijn eerdere aanmelding voor deelname aan het experiment terug te trekken. “Als coffeeshophouders alleen mogen verkopen aan Nederlanders, kan de straathandel toenemen en daarmee ook de onrust op straat. Iedereen moet bij coffeeshops terecht kunnen. Het lijkt erop dat dat niet het geval is, dus dan willen wij niet meedoen”, aldus Sikkema.

Gefaseerde overgang

De coffeeshopsector maakt zich vooral druk over de overgangstermijn waarbinnen de coffeeshops die meedoen aan het experiment volledig overgestapt moeten zijn op een legaal assortiment. Via de landelijke koepel Cannabis Connect heeft de sector vanaf het allereerste begin duidelijk gemaakt dat een abrupte overgang niet wenselijk is en grote risico’s met zich meebrengt. Legale producenten moeten de tijd krijgen om cannabisproducten te produceren die voldoende aansluiten bij de wensen van consumenten. En consumenten moeten de tijd hebben om te wennen aan de nieuwe legale cannabisproducten. Dat geldt niet alleen voor hasj. Er moet ook voldoende keuze aan wietsoorten en voorgedraaide joints zijn. En om met de tijd mee te gaan zouden producenten ook edibles moeten leveren. Anders is de kans groot dat consumenten de illegale markt verkiezen en/of uitwijken naar coffeeshops in gemeenten die niet in het experiment zitten. Dat kan en mag nooit de bedoeling zijn.

Feedback

Het pleidooi voor een gefaseerde overgang van een illegaal naar een legaal assortiment bleek niet aan dovemans oren gericht. Inmiddels is er binnen de voorbereidingsfase een overgangsfase ingebouwd van zes weken waarin coffeeshops het nieuwe aanbod naast hun oude assortiment kunnen aanbieden en consumenten kunnen wennen aan de nieuwe producten. Zes weken is volgens de coffeeshopsector en andere experts die daar zicht op hebben véél te kort. De verantwoordelijke ministers denken dit te kunnen opvangen door coffeeshops en producenten in de voorbereidingsfase uitgebreid de kans te geven om met elkaar in gesprek te gaan en te onderhandelen over het aanbod dat geproduceerd moet worden. Er is een jaar uitgetrokken voor die voorbereidingsfase. Coffeeshopondernemers kunnen in dat jaar feedback geven aan de producenten, waarbij eventueel gebruik wordt gemaakt van een consumentenpanel.

Binnen deze kabinetsperiode

Het kabinet gaat er nog steeds vanuit dat de voorbereidingsfase voor het experiment binnen deze kabinetsperiode van start gaat. Dat zou dan ergens halverwege volgend jaar kunnen zijn. Veel betrokkenen zijn erg benieuwd hoe het spel tussen coffeeshops en producenten gespeeld gaat worden. Het is denkbaar dat de producten van bepaalde telers meer geliefd zijn dan die van anderen. Dat betekent dat coffeeshops op tijd moeten inkopen om verzekerd te zijn van een goed assortiment. Coffeeshops mogen een weekvoorraad in huis hebben. Maar ze kunnen ook partijen reserveren. Die blijven dan bij de producent opgeslagen. Het is ook niet ondenkbaar dat producten die meer gewild zijn, duurder worden. En wat gebeurt er met de producten van telers die onvoldoende in smaak vallen? Worden die tegen een dumpprijs op de markt aangeboden of moeten die worden vernietigd?

Bijsturen

Samen moeten de tien producenten ervoor zorgen dat er op elk moment voldoende producten van goede kwaliteit beschikbaar zijn. Anders valt het hele experiment als een kaartenhuis in elkaar. Er liggen grote kansen voor producenten, maar er zijn ook grote risico’s. Het is onduidelijk of tien producenten 10% van de coffeeshops kunnen bedienen. Mochten de producten goed in de smaak vallen dan moet een producent snel kunnen opschalen, en mocht het omgekeerde het geval zijn dan moet de producent dat ingecalculeerd hebben in zijn begroting. In het begin zal de gunfactor een rol spelen. Telers die bekend zijn in de cannabissector hebben daar een voordeel bij. Maar ze zullen het wel waar moeten maken. Uiteindelijk zal de gewone marktwerking van een goede prijs/kwaliteit verhouding ook in deze sector de overhand krijgen.

Onduidelijkheid

Hoe het allemaal gaat uitpakken is onduidelijk. Snel bijsturen in de praktijk van het experiment zal erg belangrijk worden. Het is spannend hoe het er allemaal uit zal gaan zien als legale cannabis te koop zal zijn in coffeeshops. Het geeft natuurlijk een vorm van onzekerheid, maar aan de andere kant zal er toch ook ooit iets moeten gebeuren aan de huidige situatie, waarbij veel coffeeshops afhankelijk zijn van een illegaal aanbod aan wiet en hasj. Het is hoog tijd dat de cannabis die consumenten kopen in een coffeeshop gegarandeerd geen verboden bestrijdingsmiddelen of verzwaringsmiddelen bevat en dat consumenten weten wat er in de cannabisproducten zit die ze roken of eten.