Slimme software risico voor henneptelers?

03 May 2016

Eind januari werd de cannabiswereld opgeschrikt door een bericht op het NOS journaal dat netbeheerder Stedin nieuwe software heeft.....


Eind januari werd de cannabiswereld opgeschrikt door een bericht op het NOS journaal dat netbeheerder Stedin nieuwe software heeft ontwikkeld om hennepkwekerijen op te sporen. Highlife sprak met Dave de Wit (hoofd Fraudebestrijding van Stedin) om poolshoogte te nemen over deze nieuwe ontwikkeling. Op het NOS journaal vertelde De Wit dat Stedin met de nieuwe software kan zien of er in het elektriciteitsnetwerk van een wijk of buurt een hennepkwekerij is: "Zodra dat wordt geconstateerd, gaat er een automatische melding naar de afdeling fraudebestrijding. Dan kunnen we verder onderzoeken om welke kabels het gaat. Uiteindelijk kom je dan in de straat of zelfs voor het pand uit waar de hennepkwekerij is. We wachten dus niet meer af, maar gaan actief op zoek naar hennepkwekerijen." Hoe het precies werkt, wil hij niet zeggen. Wel laat hij weten dat het te maken heeft met het specifieke elektriciteitsgebruik van hennepkwekerijen. Sporen daarvan kunnen met behulp van de slimme software worden teruggevonden in de elektriciteitsstations van Stedin.

Veilig telen

De Wit laat me telefonisch weten dat de software niet eens zozeer is ontwikkeld om hennepteelt tegen te gaan. Het gaat Stedin vooral om het terugbrengen van de storingsgevoeligheid en het vergroten van de veiligheid op hun net: “Je komt dan toch al snel bij de hennepteelt terecht. Er wordt nou eenmaal veel illegaal afgetapt. Dat mensen hennep telen maakt voor Stedin niet zoveel uit. Ze moeten het alleen op een veilige manier doen. Dan is het voor ons eigenlijk al goed”, aldus De Wit.

Ontwikkelingsfase

De vraag is dan natuurlijk hoe groot de kans is dat je als hennepteler wordt opgespoord met de nieuwe software. Daarvoor is het allereerst handig om te weten dat dit hele verhaal nog in de ontwikkelingsfase zit. Het is de bedoeling om de slimme software in de komende vijf jaar in alle elektriciteitsstations van Stedin te implementeren. Dat zijn er in totaal 22.000 en die bevinden zich in Utrecht en een groot deel van Zuid-Holland. De Wit legt uit dat ze de techniek in handen hebben, maar dat het nog veel tijd gaat kosten om al die stations om te bouwen. Met andere woorden: voorlopig levert die nieuwe software geen acuut ontdekkingsgevaar op. Hij is zich ervan bewust dat ondernemers in de cannabissector in de tussentijd natuurlijk niet stil blijven zitten: “We hebben een medium waarmee we het kunnen meten, maar als er morgen bij wijze van spreken een ‘pilletje’ is waardoor wij het niet meer kunnen meten, dan moeten we weer opnieuw beginnen. Zo gevoelig is dat natuurlijk wel. Het blijft wat dat aan gaat een kat-en-muisspel.”

Warmtescan

Dat was volgens De Wit ook zo bij de warmtescan. Henneptelers koelen de lucht die ze naar buiten blazen tegenwoordig eerst en/of creëren binnenruimtes die geïsoleerd zijn van de buitenmuur: “Tsja, dan kunnen wij die kwekerijen niet meer scannen. Dus op het ene moment heb je een middel om iets op te sporen en een dag later is het weer achterhaald. Dus wij moeten blijven ontwikkelen en de telers zoeken ook constant naar mogelijkheden om toch weer niet gezien te worden.” Het blijft volgens De Wit een zoektocht. Als de manier van kweken drastisch verandert, dan moet Stedin haar metingen en de nieuwe software ook weer aanpassen. Kwestie van innovatief blijven!