Bij gebrek aan beter….

09 Jan 2019
Begin november was ik als getuige-deskundige aanwezig bij een ontnemingszaak tegen een grootschalige hennepteler. Volgens justitie heeft de teler 4,7 miljoen met zijn wietbedrijf verdiend. Zelf houdt hij het op 5 ton. Hij legde een uitgebreide verklaring af over de kosten en opbrengsten van zijn kwekerijen. De vraag die in deze zaak moet worden beantwoord is of die verklaring betrouwbaar is. Meestal wordt in dit soort rechtszaken gebruik gemaakt van een rekenformule waarmee berekend wordt hoeveel iemand met een hennepkwekerij heeft verdiend. Rechters wijken alleen van die formule af als er voldoende bewijzen zijn om een andere berekening te maken. Dat komt zelden voor. Henneptelers zijn meestal niet erg spraakzaam en de ruimdiensten zijn onvoldoende getraind om de juiste informatie vast te leggen wanneer zij een kwekerij oprollen. Onderzoekers van de universiteit Wageningen ontwikkelden het door de rechters gebruikte rekenmodel in 2005. Deze onderzoekers zijn om uiteenlopende redenen niet meer beschikbaar om verantwoording over hun model af te leggen. Jaarlijks worden er vele rechtszaken gevoerd over hennepkwekerijen. Dan zou je toch verwachten dat iemand zich een keer in dat model heeft verdiept. Dat blijkt dus niet zo te zijn. De rechters hebben de rekenformule vrijwel kritiekloos geadopteerd.

Denkfouten

Terug naar de grootschalige teler. Zijn zaak loopt al vanaf 2008. In opdracht van zijn advocaten heb ik samen met een plantkundige van de universiteit Gent uitgebreid onderzoek gedaan om vast te stellen of de berekening van de teler klopt. Ook hebben we uitgezocht of het Wageningse rekenmodel toepasbaar is in deze zaak. Daarbij kwamen we erachter dat het model op verkeerde aannames berust. Het is een technisch verhaal. We hebben onze bevindingen in een internationaal tijdschrift gepubliceerd. In de rechtszaal merk ik hoe lastig het is om de denkfouten die in het model zitten aan leken uit te leggen. Iedere ervaren wietteler weet bijvoorbeeld dat klimaatbeheersing en luchtverversing cruciale invloed op de opbrengst hebben. In grote ruimtes is dat lastiger te controleren dan in kleine kweekruimtes. In het rekenmodel wordt daar geen rekening mee gehouden. Als je dat probeert uit te leggen dan begint vrijwel iedereen glazig te kijken.

Verwarring

De openbaar aanklaagster probeert onze wetenschappelijk onderbouwde kritiek op de rekenformule tegen te spreken met huis-tuin-en-keuken kennis die zij op internet heeft gevonden. Ze weet immers dat de rechters (net als zijzelf) weinig kaas hebben gegeten van deze materie. Je zou bijna denken dat het een bewuste strategie is om verwarring te scheppen. Wanneer ik aantoon dat er écht grote denkfouten in het rekenmodel zitten, vraagt een van de rechters mij vertwijfelt welke rekenformule ík dan voorstel. Ik moet hem het antwoord schuldig blijven. Daar heb ik immers geen onderzoek naar gedaan.

Lastige kwestie

Een lastige kwestie. Hoogste tijd dat iemand een opdracht krijgt om een keer behoorlijk onderzoek te doen naar de opbrengst van hennepkwekerijen. Het is zeer onbevredigend om te zien hoe een lullig onderzoekje bij gebrek aan beter al jarenlang zo’n cruciale rol blijft spelen in ons rechtssysteem. Eind november doet het Hof van Amsterdam uitspraak. Dan weten we of de rechters de verklaring van de grootschalige hennepteler betrouwbaarder achten dan het rekenmodel van de universiteit Wageningen. Het zal mij benieuwen. Door: Nicole Maalsté