Automatisch bloeiende soorten
Tegenwoordig heeft iedereen wel eens gehoord van autoflowering, maar wat is het nou eigenlijk precies? Autoflowering verwijst naar een nieuw soort cannabiskruising die onder zaadbanken wereldwijd steeds populairder wordt. We kennen allemaal natuurlijk de twee belangrijkste hoofdtypes van de cannabisplant, indica en sativa.
Tegenwoordig heeft iedereen wel eens gehoord van autoflowering, maar wat is het nou eigenlijk precies? Autoflowering verwijst naar een nieuw soort cannabiskruising die onder zaadbanken wereldwijd steeds populairder wordt. We kennen allemaal natuurlijk de twee belangrijkste hoofdtypes van de cannabisplant, indica en sativa.
Tegenwoordig heeft iedereen wel eens gehoord van autoflowering, maar wat is het nou eigenlijk precies? Autoflowering verwijst naar een nieuw soort cannabiskruising die onder zaadbanken wereldwijd steeds populairder wordt. We kennen allemaal natuurlijk de twee belangrijkste hoofdtypes van de cannabisplant, indica en sativa.
Big Devil XL |
Indica, oorspronkelijk afkomstig uit gebieden als Zuidoost-Azië (uit de geschiedenisboeken bekend vanwege de Indiase hennepproductie), groeit uit tot een korte, bossige plant en levert de grootste opbrengsten per plant van alle cannabis ondersoorten. Indica bevat meer CBD (cannabidiol) dan THC. Na THC is CBD de meest voorkomende cannabinoïde in cannabisplanten.
Sativa, oorspronkelijk uit vele verschillende gebieden afkomstig (historisch gebruikt voor industriële hennep, olie, voeding etc.), is het meest gekweekte type cannabisplant. Deze ondersoort groeit uit tot hoge planten met maar weinig zijtakken, die ook nog eens ver uit elkaar liggen, en hebben daardoor in vergelijking met indica’s een lagere opbrengst. Sativa bevat hogere gehaltes THC dan CBD.
De focus bij autofloweringsoorten ligt op het derde type, een verwilderde ondersoort die ruderalis heet, en dat is een soort waar maar weinig mensen veel van af weten. De naam ‘ruderalis’ is afgeleid van het woord ‘ruderaal’, wat verwijst naar de wilde plantensoorten die als eerste gebieden koloniseren die door de mens of de natuur zijn verstoord. Deze ondersoort is oorspronkelijk afkomstig uit gebieden als Rusland en de noordelijke Himalaya en zijn naar men aanneemt ontsnapt uit commerciële plantages, waardoor ze gedwongen werden te evolueren om onder zware klimatologische omstandigheden te overleven. Door deze omstandigheden werden ze harder (kunnen beter tegen verschillende weertypen, plagen en ziektes) dan de traditionele soorten. Ruderalis stamt hoogstwaarschijnlijk af van indicasoorten die op plantages werden gekweekt, terwijl indica naar alle waarschijnlijkhed in een heel ver verleden afstamt van sativasoorten. Tot de recente vooruitgang met het kruisen van ruderalissoorten waren ze voor kwekers niet erg aantrekkelijk, en bleven ongemoeid door menselijke beïnvloeding. Deze ondersoort is de kleinste van de drie ondersoorten en moet het doen zonder de afmetingen, opbrengsten en THC-gehalte waar wij als kwekers in een soort naar zoeken, hoewel er wordt gezegd dat ze hoge percentages cannabidiol (CBD) bevatten. Ze blijven kort van stuk, en hebben maar enkele takken met brede en platte schutbladeren. Zelfs als de bloei begint schieten ze niet de hoogte in, en blijven ze relatief klein, vergelijkbaar met indicasoorten.
Deimos |
Op zomerdagen in de gebieden waar deze ondersoort vandaan komt kan er tot wel 24 uur zonlicht zijn, waardoor deze plant het ongebruikelijke vermogen moest ontwikkelen om onder alle lichtcondities te overleven. Dat ze niet fototropisch zijn - dus niet afhankelijk zijn van lichturen die ze vertellen welk seizoen het is zoals bij alle andere cannabisplanten - maakt ze uniek. Ruderalis heeft een vaste levensverwachting, die wordt bepaald door rijpheid en gaat automatisch over op de bloei wanneer ze een bepaalde leeftijd heeft bereikt, vandaar ook de benaming autoflowering.
Voor we te ver doorschieten wil ik graag nog even enkele van de hier gebruikte begrippen doornemen voor degenen die daar niet mee bekend zijn. Het genotype (of genen) is erfelijke, opgeslagen informatie die een plant definieert en in leven houdt. Dit zijn genetische codes die zijn ingebed in iedere plant (en in elk levend wezen) en via de reproductie worden doorgegeven. Fenotypes vertegenwoordigen verschillende trekken van een soort of kruising. Daaronder valt alles dat deel uitmaakt van de gedragingen of functies van een levend wezen, zoals THC-gehalte, dichtheid, bladstructuur, smaak, hoogte, bossigheid etc. Voorbeeld: je koopt een pakje met 10 zaden van een 50/50 indica x sativa kruising. Als je de zaden ontkiemt heb je kans dat je een verscheidenheid aan fenotypes krijgt, hoewel ze allemaal van hetzelfde genotype zijn, en dezelfde genen bevatten omdat ze dezelfde ouders hebben.
Green Posion |
Kruisen
Sativa en indica zijn gekruist om de gewenste soorten te creëren die we nu overal ter wereld zien. Veredelaars gebruiken de gecombineerde genen van sativa en indica om fenotypes te creëren met de door ons gewenste eigenschappen. Voorbeeld: je kunt een indica met een sativa kruisen in de hoop een prettige combinatie te krijgen van hoog/gestrekt en kort/bossig waardoor een medium-grote plant ontstaat die beter oplevert dan wanneer je een zuivere indica- of sativaplant had gehad.
Kruisen zorgt ook voor de tegenwoordig verkrijgbare avontuurlijke smaakcombinaties door gebruik te maken van smaakprofielen uit meerdere types soorten en die te kruisen. Hier kunnen veredelaars creatief worden en unieke resultaten bereiken, wat hun vaak dwingt geheimzinnig doen over hun werkmethodes en de voor een kruising gebruikte fenotypes. Toch is het moeilijker een stabiele nieuwe soort te produceren voor de verkoop of commercieel gebruik naarmate de combinaties wilder zijn. Daar komt bij dat niet alle zaden op dezelfde manier tot stand komen. Ouderplanten kunnen gekruist worden en zaden produceren met verschillende fenotypes (fysieke eigenschappen), zelfs als ze tijdens dezelfde bestuivingsronde tot stand zijn gekomen.
Net zoals bij een hond met een nest pups werden ze allemaal verwekt door dezelfde ouders met dezelfde genetica/ fenotypes, maar zien er toch niet allemaal hetzelfde uit. De een heeft andere vlekken of andere kleuren, en er kan zelfs een dwerg tussen zitten. Maar soms ook heb je een nest waarvan enkele of zelfs alle pups er hetzelfde uitzien, dat is zogezegd de DNA/fenotype loterij en die werkt bij planten hetzelfde; hoe stabieler de kruising, hoe meer je van een bepaald gewenst fenotype krijgt.
Geen van de fancy soorten die we bij zadenbanken kopen zijn zuiver; het zijn allemaal kruisingen van twee of meer types. Veredelaars weten al sinds mensenheugenis dat het combineren van sativa- en indicasoorten voor de gewenste resultaten zorgt, zoals een hoger THC-gehalte, medicinale effecten, afmetingen, vorm, opbrengst etc. Ze hebben de afgelopen jaren ook begrepen dat de combinatie van ruderalis met sativa/indicasoorten fenotypes met vergelijkbare resultaten zal opleveren, fenotypes die bovendien geen fotoperiode of een getimede lichtcyclus nodig hebben! Als ze een combinatie vinden met ruderalis, indica en sativa die werkt en is gestabiliseerd, wordt die voor de verkoop geproduceerd en autoflowering genoemd. De magazijnen van zaadbanken liggen er tegenwoordig vol mee.
Moby Dick auto |
Voordelen/nadelen
In de periode dat de markt voor het eerst door autofloweringsoorten werd overspoeld was ik op een website nieuwe genetica aan het bestellen en betrapte mezelf erop dat ik starend naar het scherm zat te dubben over deze nieuwe zaden. Waarom zou ik überhaupt een autofloweringsoort willen? Gedreven door de behoefte naar meer informatie heb ik alles boven water gehaald wat ik kon vinden en mijn bevindingen opgesplitst in voordelen, nadelen en categorieën waarover valt te discussiëren. Sommige dingen kunnen voor de een misschien een voordeel zijn, maar zijn voor een andere kweker juist een nadeel. Alles hangt af van je ruimte, de beschikbare materialen en je persoonlijke verwachtingen en behoeftes. Dit zijn geen gewone marihuanaplanten!
Voordelen
Zoals eerder vermeld zijn autofloweringplanten niet fototropisch, dat wil zeggen dat ze voor hun bloei niet van de lichtcyclus afhankelijk zijn; ze bloeien automatisch wanneer ze een bepaalde leeftijd bereiken, en deze vastgelegde leeftijd wordt bepaald door hun genetische samenstelling.
Ze kunnen binnen 7 tot 11 weken van zaad tot oogst worden opgekweekt zonder dat er een verandering in lichturen aan te pas komt. Dit kan voor buitenkwekers een hele nieuwe wereld openen omdat op de meeste plekken op aarde maar een kweekcyclus per jaar mogelijk is. Voor die ene buitenoogst zaai je je plantjes in het voorjaar, laat ze de hele zomer groeien en oogst in de herfst. Dankzij de lange zomerdagen kunnen onze fototropische planten heel groot worden voor ze tegen het eind van de zomer of vroege herfst in bloei gaan. Nu de winter in aantocht is verliezen we uren daglicht die de plant het signaal geeft te gaan bloeien en zaad te maken voor het te laat is en het begint te vriezen. Buiten kun je de lichturen niet omzeilen, tenzij je elke dag op hetzelfde tijdstip met een verduisteringsdoek naar buiten gaat om je planten af te dekken tot de zon hetzelfde aantal uren heeft bereikt. Maar autofloweringplanten gaan na 2-3 weken groei al bloeien, ongeacht het aantal lichturen, waardoor je te maken hebt met een beduidend kleinere plant die oogstklaar is in de helft of een derde van de tijd. Dit kan in het voordeel van buitenkwekers werken omdat je voor de bloei niet afhankelijk bent van het aantal uren zonlicht, waardoor je per seizoen twee of zelfs drie keer kunt oogsten waar dat met reguliere cannabisplanten maar een keer kan. Een ander praktisch voordeel van de niet-fototropische autofloweringsoorten is dat wanneer het in het najaar tijd is om te oogsten je niet al je knipwerk in een keer hoeft te doen zoals normaal wel het geval is.
Ruderalisgenetica zorgt voor sterkere planten die beter bestand zijn tegen koudere klimaten, plaagdieren en ziektes. Je kunt deze soorten buiten kweken op plekken waar Moeder Natuur normaal gesproken niet de ideale omstandigheden creëert om een fototropische plant te laten afbloeien.
Flash auto |
Als je autofloweringsoorten binnen kweekt heb je geen twee aparte kweekruimtes meer nodig, een voor de voorgroei (18+ uur licht) en een voor de bloei (12 uur licht). Waar je eerst deze ruimtes en hun respectievelijke lichtcycli gescheiden moest houden zodat er geen licht kon lekken, is dat met autofloweringsoorten niet langer noodzakelijk. Je kunt je groeiende en bloeiende planten in dezelfde ruimte houden, onder hetzelfde licht, ongeacht het stadium waar de planten in zitten. Als lekkend licht de donkercyclus onderbreekt bij een fototropische cannabisplant kan dat planthormonen in de war brengen, en de plant zelfs zo stressen dat er hermafrodieten ontstaan. Hoewel dat niet zal gebeuren met een autofloweringplant die niet afhankelijk is van de lichtcyclus, zal een onregelmatige lichtcyclus de plant negatief beïnvloeden, of dat nou zichtbaar is of fatale schade oplevert of niet.
Autofloweringplanten blijven doorgaans klein van stuk omdat je de groeiperiode vanwege de ruderalis-invloed niet kunt verlengen voor je ze in bloei zet. Daar komt bij dat de populairste autofloweringkruisingen tot dusver met indica’s tot stand zijn gekomen, waardoor de fenotypes een hoog THC-gehalte hebben, de sterke smaakprofielen en bodyhigh van een indica, gecombineerd met de snelheid en de onafhankelijkheid van de lichtcyclus die typerend is voor ruderalis.
Er bestaan zelfs dwergversies van autofloweringcannabis die al bloeien als ze nog maar een centimeter of dertig hoog zijn. Die soorten zouden perfect zijn voor een superdiscrete opzet in een kleine kweekdoos, kast, tent, kruipruimte etc.
Nadelen
Veel kwekers vinden het prettig controle te hebben over hun planten; ze willen bepaalde afmetingen en vormen en hebben een langere voorgroei nodig om dat te bereiken. Net als degenen die de SCROG methode gebruiken hebben we tijd nodig om takken door een net heen te leiden, wat autofloweringsoorten minder geschikt maakt voor onze doeleinden. Bij een plant die al na een paar weken begint te bloeien heb je niet genoeg tijd om het net te vullen met door elkaar geweven takken.
RoyalMatic |
Het is me opgevallen dat veel kwekers omdat de groeifase bij deze soorten zo kort is gewoon een bloeilamp met verbeterd lichtspectrum (soms super HPS genoemd) voor de hele cyclus gebruiken. Hoe meer blauw licht deze superspectrum bloeilampen geven, hoe beter. Bekijk de Kelvin-waardes die producenten op de verpakking zetten als je er daar een van koopt en kies degene met het hoogste opbrengst aan blauw licht. Pas wel op, want een bloeilamp voor de gehele cyclus gebruiken is niet ideaal, hoeveel blauw spectrum er ook in zit, en kan leiden tot enige strek tijdens de groei, maar zorgt er wel voor dat je een productieve bloeifase zult hebben.
Er zijn heel wat old school kwekers die denken dat autoflowering een voorbijgaande trend is, maar ik ben er van overtuigd dat het blijvertjes zijn. Toen de eerste Lowryder en de kruisingen daarvan werden uitgebracht waren de eersten die ze uitprobeerden teleurgesteld. Het ontbrak deze soorten aan de kwaliteiten waar de kweker van eersteklas cannabis op uit is. Meestal bevatten ze meer van de ruderalisgenen dan tegenwoordig, waren ze erg instabiel en produceerden ze een breed spectrum aan fenotypes, maar net als met alle nieuw dingen moesten eerst de kinderziektes worden verholpen. Ik geloof na het uitproberen van verschillende van de nieuwste autofloweringsoorten dat de producenten daarin geslaagd zijn. Het veredelen, perfectioneren en stabiliseren van cannabisgenetica kan behoorlijk tricky zijn.
Zoals eerder gezegd heb je de mogelijkheid planten in alle fasen van hun levenscyclus samen onder hetzelfde licht te zetten. Hoewel je dit een voordeel kunt noemen, is het in een ander opzicht ook een nadeel om je planten de hele cyclus onder 18 uur licht te laten staan. Je maandelijkse elektriciteitsrekening wordt iets hoger. Normaal zou je de timer op 12 uur hebben gezet om je planten in bloei te zetten, en bespaar je daarmee minstens 6 uur lichtenergie per dag, maar autofloweringsoorten vragen om een stabiele langere lichtcyclus.
Autoflowering discussie
Hoewel er over het algemeen in de tuinbouwwereld geen ‘beste’ of ‘betere’ manier is om dingen te doen, zijn er wel zaken die voor de een wel werken en voor de ander niet. Al deze zaken hangen af van vele factoren, waardoor ‘de beste manier’ per kweker en zijn specifieke omstandigheden uniek is.
Er is een stevige discussie gaande onder kwekers over de vraag hoeveel licht indoor autofloweringplanten eigenlijk nodig hebben. Volgens sommigen moet je het licht 24 uur per dag aan laten, terwijl anderen beweren dat je je timer op 20 uur licht en 4 uur donker of 18 uur licht en 6 uur donker moet zetten, of zelfs op 15 uur licht en 9 uur donker. Al zullen je planten met elk van deze lichtschema’s heus wel groeien, het draait in deze discussie om de ‘beste’ lichtcyclus.
AutoSkunk Mass |
Iets waar kwekers zich ook zorgen over maken is dat de opbrengst van autofloweringsoorten vanwege de kleinere planten lager uitvalt. De sleutel bij auto’s is om meer planten te gebruiken die sneller geoogst kunnen worden. Dit is niet voor iedereen ideaal. Sommigen zien liever planten van 1,20-1,50 m met colaflesdikke toppen erop. Je kan hier met de een of andere super autofloweringsoort wel bij in de buurt komen, maar bij de meeste autofloweringsoorten zijn hoogte, breedte en stuurbare voorgroei en bloei dingen die je inlevert en daar snelheid (meer oogsten per jaar), een compactere plant en het niet hoeven veranderen van lichtcyclus voor terug krijgt.
Conclusie
Ik weet niet hoe Moeder Natuur er over denkt dat wij mensen haar schepselen laten evolueren, en misschien is dat wel de reden waarom ruderaliskruisingen zo instabiel zijn... Toch zal de mens dat soort streken altijd blijven uithalen met andere levende wezens, dat zit nou eenmaal in onze aard. Ik ben er van overtuigd dat hoe meer er met deze ondersoort verder wordt gekruist, hoe makkelijker het wordt die te stabiliseren. Ik kan wel aan iedereen die nog steeds onzeker is over deze nieuwe genetica zeggen dat autofloweringzaden absoluut de niche verdienen die binnen onze branche voor ze is gecreëerd, maar dat ze niet voor iedereen geschikt zijn. Ik raad iedereen aan ze een keer uit te proberen, zelfs al zou je er maar een tussen je gewone planten zetten om te kijken wat er gebeurt; het zou zo maar kunnen dat je bepaalde eigenschappen ontdekt in deze nieuwe genetica die je bevallen.