Amsterdelics - Psychedelica, trance en een goede joint
Amsterdam heeft veel om van te genieten, en sinds kort is daar ook een dertienkoppige band bij met de smakelijke naam Amsterdelics. Psychedelica, trance en ook een goede joint gaan daarbij hand in hand.
Frontman Paul ‘The Wizard’ van Musscher draait al heel wat jaartjes mee in de muziek, maar met Amsterdelics is hij op een bijzonder punt aangeland. Samen met ouwe makker en bassist Gilbert Felix speelde hij in verschillende bands, waaronder de psychedelische rockband Fred & Barney. Drie jaar geleden besloten ze funky liedjes te maken die ze zelf leuk vinden. “Ik schrijf de liedjes met mijn gitaar erbij, met een paar akkoorden, en Gilbert funkified het, die zorgt dat het funky wordt. Een baslijntje eronder, een gitaarlickje, zo beginnen alle nummers.”
Iedereen sleutelt
Vervolgens gaat iedereen z’n partijen uitzoeken, saxofoonspeler Remko Smid Stalenhoef schrijft de blazerpartijen, iedereen gaat sleutelen. “Dan nemen we het met de basisband in onze studio op, en daarna doen we de overdubs erbij. Zoals je ziet, dertien man krijg ik er hier niet in”, en hij wijst rond in de van gerecycled materiaal gebouwde, knappe maar niet heel grote studio. “We hebben het wel eens gedaan trouwens, voor een oefensessie, maar het is eigenlijk niet te doen.”
Eigen sound
Paul is bij wijze van spreken een echte muzikofiel, zijn passie voor heel veel verschillende stijlen gaat diep. “Ik ben gek op muziek, ik kan iets uit Mali geweldig vinden, maar Andre Hazes waardeer ik ook. Ik vind een hoop verschillende stijlen leuk, voor mij is het de uitdaging en de kick om dingen te mixen zodat het een eigen stijl wordt. Ik ben mijn hele leven bezig om een eigen sound te creëren. Als je Amsterdelics een paar keer hebt gehoord, dan weet je dat wij het zijn.”
Eigengereid
“Live zijn we uitgedost, we zijn bezig met typetjes en alter egootjes te ontwikkelen. Als je het leuk vindt om een indianentooi op je hoofd te zetten, doe maar. Het is wel een beetje een verkleedpartij ja. Het thema van de volgende, tweede plaat is Cirque Le Funk, Circus De Funk. We zien funk meer als een soort van leven, eigengereid, eigenwijs. Maar uiteindelijk is het geen funk, reggae, soul of gospel, het is wat wij zijn.”
Dieper gaan
“Ik ben een psychedelisch wezen dat hier een beetje rondhuppelt. Altijd met drugs bezig geweest, blowen ook, en andere dingen, zolang het mij een ‘extra’ kan geven, en ik kan dat weer gebruiken door in mijn muziek te stoppen. Want ik gebruik het echt om met die muziek nog dieper te gaan. En dat is wat je hoort, dat kan niet anders.”
Uit de plaat
“Als we een opnamesessie plannen kan het - bewust of onbewust - die dagen ervoor een keertje helemaal laat worden, dat ik helemaal uit m’n plaat ga. Dan zit het nog in me en neem ik het mee in de opnames. Het is een state of mind die ik meeneem in de opnames. Zo werk ik, en meer leden van de band. Maar niet iedereen is psychedelisch ingesteld. Ik zou trouwens niet een trip innemen en dan gaan opnemen, dat is weer teveel.”
Van de zotte
Er wordt lekker geblowd binnen de band, maar ook goed gedronken, eigenlijk van alles gedaan. “Gilbert en ik, als basis van de band, zijn echt voorstanders van legalisatie. Ik kan me heel druk maken over het gedoogbeleid, ik vind het verschrikkelijk, niet normaal. Als je ziet wat wiet aan geneeskrachtige werking heeft, dan is het toch van de zotte dat we ons laten volpompen met chemicaliën van de farmaceutische wereld die de hele boel strak houdt.”
Wietblaadje
“Dan komt er weer een goed stuk over wiet en dat wordt weggesabeld, door mensen die geld verdienen aan het voorschrijven van die ene pil van die ene fabriek. Dat we daar niet veel meer aandacht aan besteden... Er is al zoveel bewezen, ook over CBD olie, hartstikke goed spul toch. Zo onderschat. Daarom staat er ook een wietblaadje op de hoes van onze eerste plaat, fuck, we zijn wel Amsterdelics! Dat ontwerp is trouwens van Daniel ‘Besok’ Doebner.”
Te sterk
“Ik rook het liefst hasj. Vroeger veel wiet, maar op een gegeven moment vond ik dat wiet een beetje te sterk werd, het THC gehalte een beetje te hoog werd. Dan nam ik een joint en was het net alsof ik een halve LSD trip op had. Dat is niet aan mij besteed. Ik neem meestal een blonde Maroc of een Ketama, dat is OK. Ik ben wel gestopt met tabak roken, ik neem nu tabaksvervanger, en daardoor ben ik veel minder gaan blowen.”
Little Babylon
“Vroeger blowde ik de hele dag door, mensen dachten dat ik sigaretten rookte maar ik had dus de hele dag een joint in m’n hand. Op een gegeven moment was ik klaar met tabak en nicotine en dat heeft erin geresulteerd dat ik bijna niet meer blow. Als ik er zin in heb, als ik lekker met muziek bezig ben - maar het is niet meer zo dat het mijn hele leven beheerst. En daar ben ik eigenlijk heel erg blij mee. Maar die tabak is dus echt erg, wat denk je, het is the little Babylon, om het op z’n Rasta’s te zeggen.”
In de sfeer komen
“Als we opnemen wordt er wel geblowd, maar het moet functioneel zijn. Dan nemen we misschien een jointje om lekker in een bepaalde sfeer te komen, maar het is niet de bedoeling dat we hier helemaal knetterstoned zijn, dan gaat het niet goed. Vroeger heb ik alles gedaan, dan kon ik helemaal leip een opnamestudio ingaan, maar dan is het resultaat ook niet altijd even goed. Dus het moet functioneel zijn. En de muziek moet goed zijn.”
Voorstanders
“Als je knetterstoned bent kan dat voor sommige nummers goed werken, maar niet voor allemaal. Dan moet je toch besluiten het niet te doen. Natuurlijk is dat niet makkelijk, soms vergeet je het wel eens en dan heb je toch een biertje of jointje teveel genomen. Ach zo gaat dat...” Op het podium wordt ook wel eens wat opgestoken: “Als we ergens spelen waar het kan, buiten of zo. We zijn sowieso voorstanders van wiet en hasj. Ons eerste album Hip-P-Funk lijkt mij de ultieme plaat voor in de coffeeshop. Relaxed, laidback, het doet geen pijn aan je oren, het gaat lekker door, een beetje groovy, een beetje mellow.”
Sjamanistische troubadour
“De naam Amsterdelics dekt de lading. De meeste bandleden komen uit Amsterdam, en we hebben het geaccepteerd dat het een deel van ons, van mij is. De ‘delic’ is heel belanrijk voor ons. Een sjamaan gebruikt paddestoelen of ayahuasca of wat anders om visioenen voor het hele dorp te vertellen, af en toe voel ik me een sjamanistische troubadour die dat gewoon moet nemen en wat ik dan ervaar moet ik doorvertellen. Ik voel me ook echt een verhalenverteller. Steeds meer.”
In de groove
Er zijn invloeden van Dr. John The Nighttripper, George Clinton, Bootsy en James Brown, maar waar het over gaat is de groove. “Dat zit in alles. misschien is het mijn gedachtegang, maar ik kan net zoveel groove in een reggaesong voelen en dat noemen ze dan misschien anders, maar ik zie dat als een groove. Als het lekker loopt, maakt het niet uit wat voor muziek het is. Bij ons zit alles in losse compartimenten, en binnen zo’n ding heb je als muzikant zijnde de vrijheid. Ook al is het één groove - dat is ook wat iedereen wil.”
Andere benadering
“Bassist Gilbert bijvoorbeeld kan een nummer lang maar één noot spelen, maar het is funky en het loopt, dan is het goed. We ambiëren geen virtuositeit, dat is niet aan de orde. Maar het wil niet zeggen dat de jongens het niet kunnen, het zijn allemaal professionele muzikanten. Het is een andere benadering, hoe je het gaat maken. Hoe vet is het dat je met dertien man staat en je kan een heel klein liedje spelen? In mijn ogen, als muzikant zijnde, is dat de ultimate!” Amsterdelics presenteert op 9 mei het tweede album Cirque Le Funk in de Melkweg Amsterdam. Voorverkoop o.a. in de Amsterdamse coffeeshops De Republiek en Supermarkt. www.amsterdelics.com Door: Arjan van Sorge