Experimenteren

02 Jul 2018

Het zijn spannende tijden in cannabisland. Na jarenlang stilstand lijken allerlei partijen nu ineens heel veel haast te hebben. De commissie die de randvoorwaarden voor het wietexperiment vaststelt, komt eind mei al met een eerste advies.


Ondertussen timmeren Tweede Kamerleden de zogenoemde Experimentwet zodanig dicht, dat er weinig ruimte voor experimenteren bestaat. Dat komt omdat veel politici en bestuurders weinig vertrouwen hebben in de zelfregulerende kracht van een markt. Daardoor hebben ze de neiging om transparantie te verwarren met controle. En ook partijen die op teeltvergunningen en alternatieve distributiesystemen azen zitten niet stil. In vergaderzaaltjes bedingen commerciële partijen exclusiviteit op data en genetica en winstpercentages op cannabisproducten.

Struisvogelmodus

Vooralsnog merk je daar als cannabisconsument weinig van. Maar als deze dames en heren straks aan de knoppen draaien, dan is het maar de vraag wat er overblijft van de eens zo vrije cannabismarkt. Dat er veel gaat veranderen de komende jaren is zonneklaar. Als er in Canada en de VS nu al hectares grote wietplantages staan die legale wiet op de markt pompen, dan heeft dat hoe dan ook gevolgen voor Nederland. Maar een hoop mensen in ons land staan nog in een soort struisvogelmodus. Laten we vooral doen alsof we nog in de jaren negentig zijn, dan waait de storm misschien wel over en blijft alles bij het oude. De coffeeshop verkoopt wat grammetjes, de kleine hobbykweker levert een onsje aan de shop, en af en toe rolt een busje agenten een kwekerij op. En als politicus breek je je het hoofd over staatswiet, gereguleerde wiet, coffeeshops sluiten of intensievere voorlichting om de wietconsument ervan te overtuigen dat hij beter ranja kan gaan drinken dan blowen.

Keep on dreaming

Ja ja, keep on dreaming. Nieuwe tijden zijn aangebroken. Inmiddels is er zo lang getreuzeld in ons land dat er heel andere krachten zijn gaan spelen. In de coulissen wordt inmiddels op een heel ander niveau gedacht en gehandeld. Stapels Canadezen proberen grip te krijgen op de Nederlandse markt voor zowel recreatieve als medicinale cannabis. Nederlandse tuinbouwbedrijven zijn actief op de Canadese cannabismarkt waardoor de Nederlandse knowhow de oceaan over vliegt. Misschien blijft die technische kennis ook wel deels in Nederland, maar je voorsprong raak je op die manier snel kwijt. Ook verliest Nederland zo de sturende rol. De partijen die nu het voortouw nemen hebben een dikke vinger in de pap bij de richting die het uitgaat. Nú worden de grote lijnen wereldwijd uitgezet. Nú wordt bepaald hoe je kwaliteit definieert, of je genetisch gemanipuleerde wiet gaat toestaan, of biologisch en gifvrij telen de standaard wordt, welke kweektechnieken de norm worden en welke producten er uiteindelijk van de cannabisplant worden gemaakt.

Wietkroketloket

Als je een open geest hebt probeer je via een teeltexperiment invloed te blijven uitoefenen op die mondiale ontwikkelingen. Daarbij zou zo’n experiment uit moeten gaan van waar we hier in Nederland goed zijn. Onze manier van wietkweken is gevarieerd: niet alleen megakwekerijen die de hele markt overschaduwen, maar ook kleinere telers die bijzondere variëteiten telen. Daarbij speelt de coffeeshop als distributiepunt een belangrijke rol: een consument wil geen wietkroketloket, maar een vertrouwde plek waar hij zijn net gekochte cannabis samen met geestverwanten kan oproken. Nederland heeft de wereld wat te bieden op cannabisgebied. Die gedachte zou het uitgangspunt moeten zijn van het wietexperiment. Door: Nicole Maalsté