Plastic wietplanten

30 Oct 2015

Column Nicole Maalsté


Column Nicole Maalsté

Vlak voor een radio-optreden in verband met ons nieuwe boek, sprak ik met Ko Colijn (de directeur van het Clingendael Instituut) die in het item vóór mij uitleg gaf over de situatie in Syrië. We zaten in een wachtruimte naast de studio waar alle gasten voor het programma worden opgevangen. Hij vroeg me waarover ik het ging hebben. Trots liet ik hem het boek zien. “Ah, De Wietindustrie. Is regulering van de achterdeur nog steeds politieke zelfmoord?”, vroeg hij me.

 

“In feite niet”, antwoordde ik. “70% van de Nederlanders is inmiddels voorstander van de regulering van wietteelt. Het probleem is waarschijnlijk dat het onderwerp niet hoog genoeg op de politieke agenda staat.” De man knikte bevestigend.

 

Leuke anekdote

 

We zwegen even. Toen verscheen er een lach op zijn gezicht. “Ik heb nog een leuke anekdote voor je. Laatst zocht ik een bekende op in een verzorgingstehuis. Daar hadden ze de boel opgeleukt met plastic planten. Toen ik nog een keer goed keek, bleek dat het allemaal wietplanten waren. Geen idee of de mensen daar door hadden wat voor planten het waren. Maar ik weet zeker dat het wietplanten waren.” Ik schoot in de lach. Wat een geweldig verhaal. Een verzorgingshuis dat gezellig is gemaakt met wietplanten. Politie en justitie zijn al jaren met man en macht bezig om de ‘normalisering’ van cannabis tegen te gaan. Als de oudjes al geen moeite met de plant hebben, dan zal dat nog verdomde lastig worden.

 

Niet normaal

 

Het beïnvloeden van de beeldvorming is een belangrijk onderdeel van de strijd tegen wiet. Blowen moet niet normaal gevonden worden. Burgers moeten ervan doordrongen raken dat henneptelers criminelen zijn. En coffeeshops mogen geen normaal onderdeel van het aanbod in van uitgaansgelegenheden zijn. Op de Amsterdamse Wallen moesten coffeeshops daarom hun deuren sluiten. Ze pasten volgens de burgemeester niet meer in het straatbeeld. De gemeente wilde een ander imago. De leegstaande panden zijn nu omgeturnd tot ijswinkels. Bewoners klagen inmiddels steen en been over deze nieuwe toeristenattracties, die in rap tempo de Amsterdamse binnenstad bevolken. De hoofdstad is intussen zeventig ijssalons rijker. Er zijn vermoedens dat een deel van de ijswinkels wordt gebruikt om crimineel geld wit te wassen. Om de ongebreidelde groei aan ijscomannen een halt toe te roepen, overweegt de gemeente nu om een zogenoemde ‘keerklepregeling’ in te stellen. Dat betekent dat er geen nieuwe ijscoboeren meer bij mogen komen. Ook krijgen alle ijswinkels binnenkort een bezoek van een inspectieteam om te controleren of zij zich aan de regels houden.

 

Spijt

 

"Het beïnvloeden van de beeldvorming is een belangrijk onderdeel van de strijd tegen wiet."

De gemeente heeft inmiddels waarschijnlijk spijt van de ingreep op de Wallen. Met de coffeeshops wist de gemeente tenminste waar ze aan toe was. Bewoners waren eraan gewend en hadden niet of nauwelijks last van de shops. Bovendien werkten die allemaal met een vergunning die ingetrokken kon worden wanneer zij zich niet aan de regels hielden. Het idee dat coffeeshops slecht voor het imago van een stad zijn, zit uitsluitend in het hoofd van een aantal wereldvreemde magistraten. Dat wiet normale handel is, weten ze intussen ook in de VS.

 

Nederland heeft een probleem. Een probleem met coffeeshops, en probleem met ijssalons, een probleem met verzin het maar… Je kunt je alleen afvragen of dat probleem niet vooral in het hoofd van een aantal beleidsmakers zit