KIKAGAKU MOYO

13 Sep 2015

Interview


Interview

Kikagaku Moyo is een psychedelische rockband uit Tokyo, en de naam betekent zoveel als geometrische patronen. Dat is namelijk wat de bandleden zagen nadat ze urenlang gespeeld hadden. Grappig, want normaal gesproken zie je dan gewoon sterretjes voor je ogen. Maar Japan is een ietwat apart land, zoals ook uit het interview met drummer/zanger Go Kurosawa en gitarist Tomo Katsurada zal blijken.

PSYCHEDELIC TRIPPED OUT

“Het is heel riskant om wiet te roken in Japan”

In Zwolle zijn we naar een coffeeshop geweest, dat was op de eerste dag van deze Europese tour.

In Highlife hebben we eerder een Japanse band gehad die nog hippier is dan de hippies uit de sixties zelf, ook zo’n groep die het beste uit de psychedelica van toen vertaalt naar het nu, en daar nog een stevige schep bovenop doet. Dat was Acid Mothers Temple, een cultband met een ietwat sektarisch voorkomen, die ook zweverige folk combineert met keiharde uitschieters richting bluesrock, en waar De Trip Ernaartoe belangrijker is dan het resultaat zelf. Maar nu dus Kikagaku Moyo, dat op een snikhete avond in juni optreed in Vrankrijk, het voormalige krakersbolwerk achter het paleis aan de Dam.

Routine

Eerst even die geometrische vlakken natuurlijk, hoe gaat zoiets in z’n werk? Tomo: “We speelden heel lang achter elkaar door.” Go: “Van negen uur ‘s avonds tot zeven uur ‘s ochtends, en dat een tijd lang. Voor ons was het dagelijkse routine. We hadden verder weinig te doen, Tomo was klaar met zijn opleiding in de States en keerde terug naar Japan. Toen zijn we begonnen met spelen.” Tomo: “We hadden nog wat mensen gevonden die samen met ons muziek wilden maken, en zo gingen we al die nachten de studio in, tot ’s ochtends vroeg.”

Trip

“Dat doen is al psychedelisch op zich. Het is best wel een trip hoor, zo elke dag en zo lang spelen. Dat was drie jaar geleden, maar we doen het nog steeds zo, al is het niet zoveel meer als in het begin. Wat dat betreft is het is iets anders geworden, en er zijn wat andere mensen bijgekomen. In het begin was het alleen Go en ik, en wat vrienden, we hadden een tijdje geen andere bandleden maar geleidelijk aan kwamen er wat bij, gewoon, om lekker te spelen.“

Goed spul

Tomo: “Ik weet niet meer hoe het er uitzag. Het waren in ieder geval patronen, maar verder ben ik het helemaal vergeten.” Go: “We gebruiken niets van psychedelica om muziek mee te maken.” Tomo: “We weten wel hoe het is, maar als we spelen hebben we niks op. Wiet is wat anders natuurlijk, maar psychedelica...” Go: “In Zwolle zijn we naar een coffeeshop geweest, dat was op de eerste dag van deze Europese tour. Uiteraard hebben we wat wiet gekocht, en dat voelde goed. Maar wat we precies rookten weet ik niet meer.” Tomo: “Het was in ieder geval goed spul, het zal een of andere Sativa geweest zijn.”

Gearresteerd

“Toevallig hadden we het er vandaag nog over, toen we onderweg naar Amsterdam waren met de bus,” vertelt Go. Tomo sluit aan: “Het is heel riskant om wiet te roken in Japan. De situatie daar is totaal verschillend, wiet wordt er net zo ingeschaald als andere dope.” Go: “Voor een kleine hoeveelheid wiet verdwijn je al in de gevangenis. Dat is heftig.” Tomo: “Wat alle drugs betreft is het daar gevaarlijker dan hier. Daarom doen we het niet. En het is hartstikke duur ook nog eens.” Go: “Je hebt zo 30.000 euro boete, of een half jaar in de bak. Het is het niet waard.” Tomo: “We kunnen niet op tour als een van ons gearresteerd wordt, dus het is niet slim om zoiets te doen.”

Tripped out

Toch komen er veel maffe en psychedelische bands uit Japan. Tomo: “Japan is van zichzelf al heel psychedelisch, de cultuur daar is al intens psychedelisch. Extreem en weird.” Go: “Dus mensen kunnen er heel psychedelisch zijn zonder daarvoor bepaalde middelen te nemen.” Tomo: “Midden op straat in Tokyo kun je dan zo’n waanzinnig iemand tegenkomen, en als je dan aan die persoon vraagt of hij of zij op drugs zit, dan is-ie dat waarschijnlijk niet. Meer gewoon psychedelic tripped out.” Go: “Daarom.”

Vrijheid

Tomo en Go maakten niet altijd al psychedelische muziek. Tomo: “Toen we begonnen met de band hadden we alleen drum en gitaar. We speelden in die tijd meer garage en punk, maar daar verveelden we ons op een gegeven moment mee.” Go: “Omdat het steeds hetzelfde is.” Tomo: “Voor ons leek het allemaal op elkaar.” Go: “Ik wist ook niet wat ik erbij moest zingen, en wat ik er mee kon zeggen. We hebben toen alles opengegooid en hebben alle vrijheid genomen. We wilden spelen als iemand die nog nooit een instrument aangeraakt heeft, iets doen zonder ervaring.”

Waarom niet

Dat neemt natuurlijk niet weg dat ze zo hun invloeden hebben. Tomo: “Acid Mothers Temple, de sixties, seventies, folk, black metal, punk, psychedelische muziek, muziek uit India, elektronische muziek - zoveel soorten muziek. Maar we zijn ook geïnspireerd door films, ideeën en boeken.” Go: “Vooral boeken over sjamanen - sjamanen en drummen.” Tomo: “En door mensen die je onderweg tegenkomt. We zijn door zoveel geïnspireerd. Zo zit er bijvoorbeeld ook een sitar in onze muziek. Waarom?” Go: “Omdat mijn broer sitar speelt.” Tomo: “Waarom niet!?”

Pure trance

Sjamanisme vind je over de hele wereld, maar in Europa is het volgens Tomo allemaal om zeep geholpen door hekserij. “Rondom de Middellandse Zee bijvoorbeeld, en daar heb je nu dan christenen. Maar het is er nog steeds, in Azië, Australië, Zuid-Amerika en Afrika, en sommige stammen gebruiken zelfs geen drugs.” Tomo: “Ze worden heel erg high van alleen maar de muziek, dat is pure trance.” Go: “Daar zijn we heel erg in geïnteresseerd.” Tomo: “Misschien is het een heel andere ervaring als je psychedelische drugs neemt en dan muziek maakt, of als je helemaal psyched out raakt door gewoon te spelen. Het kan heel verschillend van elkaar zijn. Dat is zeker een interessante kwestie, maar het is sowieso heerlijk om high te worden door muziek te maken.”

Communiceren

Hun live sets duren niet zo lang, iets wat je niet zou verwachten. Tomo: “Wij focussen altijd op het muziek maken, op de live show. We kunnen dan niet zo lang spelen, twee uur is veel te lang. Een uur is prima, dan kunnen we ons goed concentreren. Je gebruikt zoveel energie als je zo bewust bezig bent! Als we oefenen spelen we wel lang, live is iets heel anders dan in de oefenruimte.” Go: “Dan heb je ook te maken met de energie van het publiek. Er is echte communicatie. Dan is het makkelijker voor ons om vaststaande nummers te hebben, met een bepaalde vibe, dan is het eenvoudiger om met het publiek te communiceren. Wij krijgen energie van hen en wij geven hen energie terug.”

Heel psychedelisch

Go vervolgt: “Maar soms spelen we ook jams, het hangt er vanaf wat we besluiten te doen, en dat heeft weer met de mensen te maken. Het hangt van de sfeer af, en van de band die voor ons speelt. Als die hard spelen, dan spelen wij nog harder, of we spelen juist heel rustig en stil. Het heeft er alles mee te maken hoe wij ons op dat moment voelen.” Tomo: “En met de zaal, en van hoe het met ons gaat. Heel psychedelisch allemaal.”

Tour

De tour is ook enigszins psychedelisch, en niet alles gaat van een leien dakje. De veganistische hap van concertzaal Vrankrijk was bijvoorbeeld niet aan de band besteed. Go: “Wij wilden heel graag vlees eten, gisteravond aten we ook al geen vlees. We voelden ons steeds meer en meer plantaardig worden. We wilden gewoon vlees eten, voor meer energie.” Nog een minpuntje van de verder harmonisch verlopen tour: “Drie weken geleden heeft de muziekinstallatie in onze bus het begeven, dus we hadden niks meer om naar te luisteren tijdens het rijden. Maar wel drie weken elke dag onderweg, en optredens doen. Acht uur zonder muziek rijden, dat is echt lang, en intens. En op een gegeven moment ben je uitgepraat en heb je het allemaal wel een keer gehoord.”

Met z’n allen

De band is verder heel hecht, en dat is geen wonder. Go: “We wonen allemaal in dezelfde woning, op vijftien minuten van het centrum van Tokyo. Samen met nog wat andere mensen. Met z’n allen delen we een oud huis en we betalen gezamenlijk de huur. De meest ideale situatie zou zijn dat er ook nog een oefenruimte in de kelder is, maar helaas. We kunnen er wel akoestisch spelen, dat vinden we ook tof om te doen.” Tomo: “Dan spelen we op andere instrumenten, dat doen we net zo makkelijk.”