‘Het lijkt wel alsof de minister in een andere wereld leeft’

Exitable
30 Oct 2014

Het zijn spannende tijden in cannabisland: minstens drie repressieve wetsvoorstellen staan op het punt om te worden aangenomen. En alle drie zijn ze slecht nieuws voor liefhebbers van cannabis. In de Eerste Kamer is het verzet tegen de repressieve ramkoers van minister Opstelten sterker dan ooit, maar de vraag is of dit weerwerk nog op tijd komt.


Het zijn spannende tijden in cannabisland: minstens drie repressieve wetsvoorstellen staan op het punt om te worden aangenomen. En alle drie zijn ze slecht nieuws voor liefhebbers van cannabis. In de Eerste Kamer is het verzet tegen de repressieve ramkoers van minister Opstelten sterker dan ooit, maar de vraag is of dit weerwerk nog op tijd komt.

Het zijn spannende tijden in cannabisland: minstens drie repressieve wetsvoorstellen staan op het punt om te worden aangenomen. En alle drie zijn ze slecht nieuws voor liefhebbers van cannabis. In de Eerste Kamer is het verzet tegen de repressieve ramkoers van minister Opstelten sterker dan ooit, maar de vraag is of dit weerwerk nog op tijd komt.

Het was PvdA Eerste Kamerlid Guusje ter Horst, voormalig burgemeester van Nijmegen, die minister Opstelten op het matje had geroepen. In een spraakmakend interview met Nieuwsuur bekritiseerde ze de minister in zeldzaam harde bewoordingen. ‘Wij kunnen dit niet langer accepteren en wij gaan vanuit de Eerste Kamer proberen om de opvattingen van de minister te beïnvloeden’, aldus Ter Horst. ‘Binnenkort gaan we praten over een wetsvoorstel en ik wil dat wetsvoorstel gebruiken om dit onderwerp aan de orde te stellen. Namelijk dat de minister de wens van de helft van de burgemeesters van gemeenten waar coffeeshops zijn in de wind slaat.’

Dat wetsvoorstel betreft de ‘growshopwet’, officieel de wet ‘strafbaarstelling voorbereiding illegale hennepteelt’. Het kabinet heeft voor dit voorstel een comfortabele meerderheid in de Eerste Kamer: 40 van de 75 zetels, van VVD, CDA, PVV, ChristenUnie en SGP. Maar zelfs deze rechtse partijen beginnen te klagen over de volstrekt onbuigzame houding van Opstelten en zijn ‘njet’ tegen de burgemeesters die smeken om een experiment met gereguleerde teelt. 

Het overleg over de growshopwet in de Eerste Kamer van 9 september leverde een aantal opmerkelijke uitspraken op. Zo verklaarde PVV’er Tobias Reynaers, zelf woonachtig in Roosendaal, over het sluiten van alle coffeeshops in Bergen op Zoom en Roosendaal: ‘Het effect daarvan is dat de drugsproblematiek zich inmiddels als een olievlek heeft uitgespreid over de wijken en dat de grip op de situatie daarmee volledig weg is.’ De PVV blijft niettemin tegenstander van regulering of legalisering. Maar net als vrijwel al zijn collega’s constateerde Reynaers dat het beleid van Opstelten niet werkt: ‘Het gedoogbeleid zoals dat er op dit moment nog is, faalt.’ 

Zelfs het CDA lijkt inmiddels door te hebben dat de koning geen kleren draagt. CDA senator Wopke Hoekstra: ‘Je kunt je ogen niet sluiten voor de brede discussie die gaande is. Je kunt ook niet ontkennen dat het beleid van voordeur en achterdeur sterk onder druk staat. Of je nu voor een zeer liberaal drugsbeleid bent of een voor zeer repressief drugsbeleid, het is in onze ogen moeilijk voorstelbaar dat de weg die we hebben gekozen en het punt dat we op dit moment hebben bereikt tot in de oneindigheid zou kunnen doorgaan.’

De minister zelf kwam, weinig verrassend, met de bekende dooddoeners en nietszeggende antwoorden. Tot irritatie van de Eerste Kamerleden. Guusje ter Horst (PvdA): ‘Ik vind de minister nogal teleurstellen. In feite herhaalt hij wat hij tot op heden heeft gezegd, namelijk dat hij zijn beleid prima vindt. De opvatting van de helft van de burgemeesters met een coffeeshop in hun gemeente, die zich zorgen maken over het uiteenvallen van hun stad, is dan maar zo en daar gaat hij verder niets mee doen.’ En SP’er Bob Ruers verzuchtte: ‘Het lijkt wel alsof de minister in een andere wereld leeft. Wij constateren dat het niet beheersbaar is en nog steeds roept hij dat het beheersbaar is. Waar haalt hij het vandaan?’

Eigenlijk zei Opstelten maar één keer iets nieuws. Zoals bekend bestond de ‘wietpas’ van het vorige kabinet uit een Besloten club criterium en een Ingezetenencriterium. Dat B-criterium werd door het tweede kabinet Rutte geschrapt, waarmee de verplichte inschrijving op een ledenlijst verviel. In 2012 verdedigde Opstelten deze onzinnige regel nog op zijn kenmerkende wijze, maar nu bleek hij er iets anders over te denken. Opstelten: ‘Het instrument van de besloten club had totaal geen draagvlak en leidde tot veel ellende op straat. Dat hebben wij dus direct losgelaten, op verzoek van de burgemeesters. Nu moeten we gewoon een tijdje doorgaan met het beleid dat we voeren.’

Het debat waarin de Eerste Kamer over de growshopwet gaat stemmen staat op het moment van schrijven gepland voor 7 oktober. Het zal echter niet de eerste keer zijn dat een debat over deze wet wordt uitgesteld; feitelijk spreekt het parlement er al sinds 2007 over. Dit voorstel is duidelijk meer van hetzelfde: meer repressie, hogere straffen en meer criminalisering van gewone burgers. Volksgezondheid lijkt nauwelijks meer een rol te spelen; van de traditioneel sterke rol van het ministerie van VWS bij de ontwikkeling van het beleid is niets meer over. Typerend is deze uitspraak van Opstelten in het Eerste Kamer debat van 9 september:

‘Er zijn ten aanzien van het coffeeshopbeleid twee elementen in het regeerakkoord opgenomen. Die vormen niet alleen het vertrekpunt, maar voor de hele periode het beleid. Het eerste is het zogenaamde “ingezetenencriterium” dat wordt toegepast. Het tweede is dat wij de georganiseerde criminaliteit die zich voordoet rond het drugsbeleid duidelijk aanpakken. (…) Dat zijn de twee kernpunten van ons beleid.’

En dan is er nog dat andere wetsvoorstel, dat deze herfst zomaar in de Staatscourant op kan duiken: het vijftien procent THC maximum. Als deze maatregel doorgaat kan elke coffeeshop voortaan worden gesloten wegens verkoop van hard drugs, dat wil zeggen: wiet of hasj met meer dan vijftien procent THC. Een thuisteler met groene vingers verandert van de ene op de andere dag in een hard drugs producent. En nog steeds is er geen enkele wetenschappelijke onderbouwing voor de aanname dat cannabis met een hoog thc gehalte meer risico’s of schade met zich meebrengt dan cannabis met een lager thc gehalte.

In een brief aan de Tweede Kamer van februari 2012 hebben de VVD ministers Opstelten en Schippers ronduit toegegeven dat de thc-maatregel vooral draait om hogere straffen en dus helemaal niet om volksgezondheid. Citaat: ‘Door verplaatsing van cannabis met een thc-gehalte van 15% of meer naar lijst I van de Opiumwet zullen aanzienlijke hogere strafbedreigingen gaan gelden (…). De verwachting is dat deze verplaatsing een generaal preventief effect zal hebben, omdat de criminele ondernemer daardoor een wezenlijk hoger risico gaat lopen.’ Met de criminele ondernemer wordt hier de teler bedoeld, maar het geldt natuurlijk net zo hard voor de coffeeshopondernemer. 

Gelukkig is de behandeling van de THC-maatregel nog niet zo ver gevorderd als die van de growshopwet. Begin oktober vond in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek plaats over de THC-maatregel, met een groot aantal deskundigen, onder wie twee coffeeshopondernemers en een vertegenwoordiger van het VOC (Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod). Het is lastig te voorspellen wanneer de Tweede Kamer over dit heilloze plan gaat stemmen, maar het kan soms snel gaan. De wijziging van de Wegenverkeerswet, met buitensporige straffen voor de combinatie van alcohol en cannabis of enige andere drug, is op 23 september als hamerstuk aangenomen door de Eerste Kamer. Als deze wet strikt gehandhaafd gaat worden, zullen tienduizenden cannabisconsumenten kun rijbewijs kwijt raken. Dat is het vervelende van politiek: ook als je er niks mee te maken wil hebben, krijg je er op een dag wel degelijk persoonlijk last van. En dat geldt zeker voor de drugsoorlog. Daar geldt wat de Russische revolutionair Leon Trotsky ooit gezegd zou hebben: ‘You may not be interested in war, but war is interested in you’. 

E
Exitable