Iedereen kan een DJ zijn...

Soft Secrets
03 Sep 2013

Stap voor stap verovert de Canadese DJ en producer Stickybuds Europa met zijn feestelijke en gefreakte versie van funk. Met stevige beats, vette bassen en maffe samples gaat het dak er geheid af, maar daar doet het feestbeest dan ook erg z'n best voor.


Stap voor stap verovert de Canadese DJ en producer Stickybuds Europa met zijn feestelijke en gefreakte versie van funk. Met stevige beats, vette bassen en maffe samples gaat het dak er geheid af, maar daar doet het feestbeest dan ook erg z'n best voor.

Stap voor stap verovert de Canadese DJ en producer Stickybuds Europa met zijn feestelijke en gefreakte versie van funk. Met stevige beats, vette bassen en maffe samples gaat het dak er geheid af, maar daar doet het feestbeest dan ook erg z’n best voor.

Stickybuds, oftewel Tyler Martens, is 29 jaar en woont in Kelowna in British Columbia, dat bekend staat om het bruisende culturele leven en de wijnbouw. Een flink eind weg dus, maar Europa trekt. “Ik kwam om 8 uur aan op Schiphol, sliep de hele dag en toen was het feest. Voor zo’n dikke twintig shows ben ik twee maanden in Europa, en het optreden in Amsterdam in Canvas op de 7e verdieping van het Volkskrantgebouw in Amsterdam was de aftrap. Het is mijn vierde jaar dat ik hier kom, en iedere keer wordt het groter en groter.”

Mijn stijl muziek is in heel Europa nog underground, maar in Canada en de States is het gigantisch.

Tijdloze funk

“Mijn stijl muziek is in heel Europa nog underground, maar in Canada en de States is het gigantisch. Ghetto Funk, het grote label dat platen van me uitbrengt, is dan wel weer Engels. Daar is het zo’n beetje begonnen. Bij partyfunk worden een hoop samples van funk uit de 70’s en 80’s gebruikt, en dan komen er vettere beats onder en dikke baslijnen. Oude funk zetten we zo in deze tijd neer. Maar we maken ook zelf nieuw spul, het is niet alleen maar re-samplen van het werk van ouwe muzikanten. Funk is er altijd al geweest en het is nooit weggegaan, het is een tijdloze vorm van muziek.” Tyler is nu negen jaar aan het DJ-en. Hij produceert sinds 2008: “Toen kwam mijn eerste plaat uit. Ik heb nu 23 releases op verschillende labels, en een van mijn tracks is nummer 1 op Beatport. Maar dat is dan weer een glitchhop nummer.”

Naar buiten

Tyler volgde een opleiding aan een school voor geluidstechniek, aan het Centre of Arts and Technology. “In twee jaar leerde ik hoe je muziek moet maken, geluid opnemen, editen, en daar was ik best wel goed in. Toen ik geslaagd was nam de school me aan als leraar. Dat deed ik drie jaar, maar ondertussen was ik ook gaan DJ-en. Maar toen ik ging optreden werd dat steeds moeilijker te combineren. Drie jaar geleden ben ik fulltime muzikant geworden, en dat gaat lekker. Canada is een prima land voor muzikanten zoals ik, er zijn veel plekken om te spelen en je kan er aardig geld maken als je goed bent. We hebben geweldige festivals; het grootste heet Shambala met 10.000 mensen, en daar heb ik elk jaar gestaan. Maar ik kan niet alleen maar in Canada toeren, ik moet ook naar buiten. En dat is goed, want zo raakt je muziek ook over de grens bekend.”

Er is over nagedacht

De vader van Tyler was jarenlang gitarist in verschillende bands, dus de muzikale genen zijn in ieder geval doorgegeven. In de platenkast vond de jonge Tyler muziek van o.a. Stevie Wonder en Cheech & Chong, goede inspiratiebronnen. Maar samples van vinylplaten halen hoeft wat hem betreft niet meer: “Ik breng geen tijd meer door in platenzaken, daar heb ik het te druk voor. Je kan een te gek nummer altijd wel ergens digitaal vinden, en dan gaat het in een programma als Ableton of Logic. Live gebruik ik Serato, dan draai ik toch op vinyl maar dan digitaal, zo kan ik nog steeds scratchen. Ik ben niet zo’n gast met een verbluffende turntablist techniek, ik ben meer goed in een aantal zaken zoals produceren, DJ-en en turntablism. Meer een allrounder, in alle bescheidenheid. Ik doe een hoop met live-remixing, dat onderscheidt mij van een hoop andere DJ’s. Mijn mixen zitten goed in elkaar en er is over nagedacht. Ik steek er dan ook een hoop tijd in.”

Competitief 

“Muziek maken is echt competitief vandaag de dag, want iedereen kan een DJ zijn, of producer. Het gereedschap is overal beschikbaar, voor een paar honderd euro heb je een controller, op internet kan je alle muziek die je maar wilt hebben downloaden, en zelfs de software kun je makkelijk illegaal krijgen. Als er dan zoveel mensen zijn die dat doen, dan moet je hard werken en jezelf

aantrekkelijker maken dan een ander, als je geboekt wil worden. Ik maak me daar geen zorgen over en ik doe gewoon mijn ding, maar dit is zoals het is. Het heeft me tien jaar gekost om te komen waar ik nu ben. Tegenwoordig moet je producer zijn als je draait, mensen die alleen maar plaatjes draaien hebben het erg moeilijk. Pas door het maken en uitbrengen van tracks trek je aandacht, en word je geboekt.”

Mistig brein

De kwaliteit van de wiet is heel hoog aan de westkust van Canada, aan de oostkant met Toronto en Montreal roken ze meer hasj.

“De naam Stickybuds kwam zo rond mijn 18e, toen we met een paar vrienden veel blowden. Blowen vind ik heerlijk, ik ben voor legalisatie en ik ben ervan overtuigd dat we de plant moeten gebruiken voor medische doeleinden, om dingen van te maken en als brandstof te gebruiken. Het is een plant die de wereld echt kan veranderen als het niet illegaal zou zijn. En dat is waarom het in de illegaliteit geduwd wordt... Het is verbazingwekkend om dan naar een land te gaan zoals Nederland, waar het legaal is. Morgen gaan we coffeeshopping, denk ik, maar meestal rook ik met vrienden thuis. Als ik produceer blow ik niet, ik rook liever aan het eind van de dag als een beloning voor mezelf. Relaxen, mijn hersens even uitschakelen. Roken en dan een film of tv kijken, naar toffe muziek luisteren. Als ik smook dan helpt dat niet voor mijn creativiteit, het maakt juist dat het mistig wordt in mijn brein. Als ik aan een productie werk, dan ben ik helemaal met m’n kop erbij. Mijn vrienden blowen trouwens wel tijdens het produceren, die kunnen op die manier lekker diep gaan. Maar ik zie wat ik doe echt als een baan. Ik sta op tijd op, en dan ga ik aan de slag en houdt alles draaiend.”

Opgelicht 

Lekkere biologische wiet rookt Tyler het liefst, met zo min mogelijk chemicaliën erin. “In Europa vind ik het heerlijk om wiet gemengd met tabak te roken - in Canada rook je puur. Van roken met tabak word je tenminste niet zo stoned... De eerste keer dat ik een joint opstak was op mijn veertiende, mijn nicht verkocht me echt slechte wiet voor veel te veel geld. Zij was toen rond de twintig, ik kreeg van haar vier van die hele kleine superlullige jointjes waar haast niks in zat. Ik rookte ze op en belde haar en vertelde dat ik dacht dat ik high was. Maar mijn vrienden lachten me uit en vroegen voor hoeveel ik die joints gekocht had, en zeiden dat ik zwaar opgelicht was. Zij reageerde daarop met dat het OK zat zo, omdat iedereen bij de eerste keer afgezet wordt. De volgende keer krijg je goed spul! Ze is nog steeds een van mijn favoriete nichten hoor.”

Veel wiet verbouwen

“Van mijn 16de tot 21e blowde ik echt veel, je weet hoe dat gaat als je die leeftijd hebt. Ik rook nog steeds elke dag, maar veel en veel minder. De kwaliteit van de wiet is heel hoog aan de westkust van Canada, aan de oostkant met Toronto en Montreal roken ze meer hasj. Daar zijn niet zoveel mensen die zelf kweken, dus is wiet moeilijker te krijgen. Ze importeren hasj overal vandaan. In het westen wordt echt veel verbouwd, ook al is het illegaal, het is een groot iets, iedereen doet het: de georganiseerde misdaad, papa en mama die wat bijverdienen, je vrienden.”

Kweekvergunning

“Canada is begonnen met veel medicinale marihuana vergunningen uit te geven. Je moet een aanvraag doen om dat te krijgen, en als je goede redenen kan aantonen waarom je die wiet moet roken en je krijgt een vergunning, dan mag je het zelf verbouwen. Je krijgt toestemming voor een flink aantal planten. Maar je kan die vergunning ook aan iemand anders geven die dan voor jou kweekt, en die moeten jou dan weer een bepaalde hoeveelheid wiet geven bij iedere oogst, zoiets. Dus zo kunnen een hoop mensen legaal kweken. Volgens mij willen ze het nu gaan bijstellen en de vergunningen intrekken, en een paar mensen aanstellen om op daarvoor aangewezen plekken te verbouwen. Zo willen ze het meer centraliseren.”

“Als ik optreed rook ik niet. Mensen proberen de hele tijd samen met mij te blowen, als je naam Stickybuds is dan nodigt dat echt wel uit. Die moet wel elke seconde elke dag een joint roken! Maar nee, het is m’n baan, dus ik doe zoiets niet voor een set. Daarna wel, prima!”

www.stickybuds.com

www.bangnmash.nl

S
Soft Secrets