Koh Chang - paradijs in Thailand

13 Jun 2020

Het eerste dat je na aankomst op het vliegveld in Bangkok doet is een lokale SIM-kaart kopen. Voor nog geen 30 euro heb je dan 28 dagen overal in Thailand een prima dekking.


Het moeilijkste is om weer weg te gaan

Het is Chinees Nieuwjaar en tienduizenden bezoekers wurmen zich door de straten en smalle stegen in Chinatown in Bangkok. Het coronavirus is in januari nog een Aziatisch fenomeen. Dat zie je terug op straat; westerse toeristen dragen geen mondkapjes, vrijwel alle Chinese bezoekers plus een groot deel van de Thai wel. Het mag de pret niet drukken. Het is heerlijk om door de steegjes te dwalen om allerlei eettentjes te proberen. Na een paar dagen is het echter tijd om lekker zorgeloos op een strand te chillen.

Professioneel jointjes draaien

De rit van Bangkok naar het Klong Kloi strand op Koh Chang (Trat) duurt negen uur. Al snel blijkt dat ik ‘the perfect beach’ heb gevonden. De eigenaar van het kleine resort waar ik een bungalow heb is een sympathieke Welshmen die ooit in het Westland werkte. Zijn bijbaantje toen: professioneel jointjes rollen voor een coffeeshop. Mijn eerste joint is dus perfect en omdat hij pure Thaise wiet gebruikt ben ik al snel helemaal mellow. Ik zou zes dagen blijven, maar dat wordt twee weken. Het leven is ongelooflijk relaxed. Omdat Klong Kloi het meest zuidelijke stukje Koh Chang is, is het er heerlijk rustig. Wat vroeger Lonely Beach werd genoemd is nu echt niet meer eenzaam, hier heerst de rust nog. Elke dag eindigt met hetzelfde ritueel; de relaxte eigenaar die inmiddels een vriend is draait zijn perfecte jointjes, we blowen wat en drinken een biertje met zijn Thaise vrouw en andere gasten die aanwezig zijn. Ik ontmoet een stel uit Leiden en Katwijk, andere nationaliteiten, maar allemaal houden we van wiet en een chill gesprek. Ik stel het vertrek twee keer uit, maar ik wil Angkor Wat zien, dus na twee weken vertrek ik. Eén ding weet ik zeker; hier kom ik graag een keer terug.