Wietje voor me? - Uruguay deel 2

03 Jan 2018
'We don't sell cannabis'. Het is het eerste dat opvalt als je voor de etalage staat. Vrijwel elke growshop in Montevideo heeft een papiertje tegen het raam geplakt met deze tekst. Want de meeste toeristen die naar Uruguay komen, weten dat cannabis legaal is in het land. Maar niet iedereen weet dat wiet alleen legaal is voor de inwoners die zich officieel hebben geregistreerd. Dus lopen de meeste reizigers de eerste de beste growshop binnen en vragen om een wietje. Het antwoord is nee. En soms, bij een paar keer doorvragen, is het antwoord ja. Of als je geluk hebt is de grinder die je wil kopen ineens fors duurder, maar zit er wel een gram wiet in verstopt. [caption id="attachment_16290" align="alignnone" width="500"]Wietje voor me? - Uruguay deel 2 Growshop in Montevideo[/caption]

Wiet voor toeristen?

Eind 2013 nam de Uruguyaanse regering een wet aan die cannabis volledig reguleert. Uruguayanen mogen thuis 6 planten houden, ze kunnen lid worden van een cannabisclub waar op grotere schaal wiet wordt gekweekt en sinds half juli kunnen ze in een aantal apotheken verspreid over het land terecht voor recreatieve wiet. Deze wordt gekweekt door twee bedrijven die door de staat zijn aangewezen. Voor de toeristen is niets bedacht. Nóg niets.

Verkooppunt op vliegveld?

Sebastian Sabini, parlementslid voor Frente Amplio en één van de mensen die mee heeft geschreven aan de cannabiswet, zegt dat dit in de toekomst zal veranderen. Wanneer, dat weet hij nog niet. Maar hij snapt dat het wel moet. “Toerisme is een belangrijke bron van inkomsten voor Uruguay. Als we meer ervaring hebben met de legale verkoop, gaan we goed evalueren en kijken of en hoe toeristen ook wiet kunnen kopen. Want als we dat niet doen, gaan ze naar de zwarte markt. Mensen die thuis kweken of wiet halen in de apotheek, verkopen het door. Dat kunnen we onmogelijk controleren.” Toeristen kunnen dan geen legale wiet kopen, ze kunnen het wel zonder problemen in het openbaar roken, als ze de wiet bijvoorbeeld hebben gekregen van een vriend die geregistreerd staat. Eduardo Blasina, één van de staatskwekers, vindt ook dat er iets moet komen voor de toeristen, omdat deze groep anders naar de zwarte markt wordt geduwd. “Ik zie wel wat in een verkooppunt op het vliegveld, of in de haven waar de boot uit Buenos Aires aankomt bijvoorbeeld.” [caption id="attachment_16291" align="alignnone" width="500"]Wietje voor me? - Uruguay deel 2 Wiet knippen in een Cannabis Social Club[/caption]

Hippiedorpen

Een plek waar toeristen altijd terecht kunnen voor cannabis, zijn de hippiedorpen Cabo Polonio en Valizas. Stranddorpjes, waar Uruguayanen naar toe trekken die in de natuur willen leven. Met een populatie van een paar honderd man die tot een aantal jaar geleden nog zonder elektriciteit leefde. In de zomer worden de onverharde wegen en het strand overlopen door vakantiegangers, in de winter zijn de dorpen voor de bewoners. De paar restaurantjes die de deuren nog openen in het weekend, hebben de pinapparaten opgeborgen. Het loont niet de kosten te betalen voor de weinige klanten die komen.

Goede harmonie

Teresa knapt in deze luwe periode haar wolmuseum op. Zij woont zo'n 27 jaar in Valizas. Het is een frisse winterochtend en ze rookt een stevige joint. Ze heeft een zelfgebreide wollen trui aan, haar dikke grijze haar in een lange vlecht. In het zelfgebouwde huis in de duinen maakt ze ook schoenen en verhuurt ze kamers en bedden aan toeristen. Soms zitten ze met 15 tot 20 man in de kleine woonkamer. “Maar dat gaat altijd in goede harmonie. Iedereen blowt en zegt de hele dag todo bien.” Haar joint geeft ze door aan haar zoon. Haar man ligt in een hangmat, een porro in de vingers. Samen hebben ze vijf kinderen en die blowen allemaal.

Een porro

Zelfs in een dorpje als Valizas, waar vrijwel elke inwoner rookt en planten heeft staan, voelt het anders om te blowen nu de wietwet volledig is doorgevoerd. “De plant is nu legaal, je wordt niet meer gezien als een drugsverslaafde als je blowt. Dat dacht iedereen wel, als je hier 28 jaar geleden een porro rookte. Dat is nu veranderd, door de regering. Ik vind het fantastisch.” [caption id="attachment_16292" align="alignnone" width="500"]Wietje voor me? - Uruguay deel 2 Het huis en wolmuseum van Teresa[/caption]

Thuiskweker

In het huis van Teresa ligt overal wiet. Hier en daar staan wat potjes met kleine plantjes. Grotere planten staan buiten in de tuin, tussen de sinaasappel- en citroenbomen. “Ik kweek al 30 jaar mijn eigen cannabis. Toen de wietwet werd aangenomen, heb ik me geregistreerd als thuiskweker. Ik woon in een klein dorp, als ik een conflict krijg met mijn buren, kan ik in de problemen komen.” Kopen bij de apotheek wil ze niet. “Het is geweldig, mensen staan in sommige plaatsen in de rij en wachten rustig op hun beurt... Maar ik heb liever mijn eigen zaden. Die zaden van de staat zijn gemanipuleerd.” In Valizas is een grote zwarte en grijze markt. Van de enige politieagent die in het dorp gestationeerd is, ondervindt niemand enig hinder.

Niet geregistreerd

Even verderop in het dorp woont Maca, haar grijsbruine krullen heeft ze bij haar voorhoofd roze geverfd. Ze zit 's avonds bij het haardvuur, niemand in Valizas heeft centrale verwarming. Maca woont er zo'n zes jaar. Daarvoor woonde ze in Montevideo, waar ze meeliep in de marihuanamarsen, om druk te zetten op de regering om cannabis te legaliseren. Veel van Maca's vrienden waren onderdeel van de sociale beweging die er mede voor heeft gezorgd dat de legalisatie ook daadwerkelijk tot stand kwam. Om geld te verdienen verkoopt ze handgemaakte spulletjes op de markt. “Alles waar cannabis op staat, verkoopt.” Maca heeft zes planten en heeft zich niet geregistreerd. [caption id="attachment_16293" align="alignnone" width="500"]Wietje voor me? - Uruguay deel 2 Teresa liet zich registreren als thuiskweker[/caption]

Bureaucratisch

Maca: “De wet is een manier om controle te houden op wat er gebeurt, het is heel bureaucratisch. Ik verbouwde al planten voor de wet. In Valizas, Cabo Polonio en Punta del Diablo is een hele open cultuur, er wordt veel geblowd. Wij ruilen zaden met elkaar. Het is hier heel vrij, mensen kiezen er bewust voor om hier te wonen. Om het contact met de natuur.” Van de apotheken die wiet verkopen, staat er geen een in Rocha, het departement waar Valizas in ligt. “Dat is hier niet nodig, omdat er zoveel mensen zijn die zelf cannabis kweken.”

Hippieparadijs

Maca's vriend Marco woont al jaren in Valizas. Hij ging weg en kwam steeds weer terug. “Het is hier een hippieparadijs. Er wonen veel kunstenaars en met hen komen de planten. Deze plek is ver weg van alles, maar iedereen komt. Veel mensen die voor de regering werken, gedeputeerden, ministers, komen hier om vakantie te vieren. De regering is zich zeer bewust van de economische waarde van deze regio. En ze zijn zich er van bewust dat Valizas Valizas is.” Maca: “De toeristen begrijpen het vaak niet, die komen naar Uruguay omdat je hier mag blowen, maar ze kunnen nergens legaal wiet kopen.” Volgens Marco is dat geen probleem, de toeristen die in de zomer naar het dorp komen, gaan naar het strand en halen daar of op de markt. [caption id="attachment_16294" align="alignnone" width="500"]Wietje voor me? - Uruguay deel 2 De wiet van Teresa[/caption]

Stap vooruit

De twee vinden de wet een stap vooruit, een aantal jaar geleden kon je nog de gevangenis indraaien als je thuis een paar planten had. Maar ze staan niet achter de reden van de legalisatie. Maca: “'De plant is magisch. Ik heb een relatie met mijn planten, ik praat met ze. Het gaat mij er niet alleen om een porro te roken. Ik geloof dat dit een heilige plant is, het is geen drug, het is een plant met een medicinale werking. Marco: “De regering legaliseert de plant om het gevecht aan te gaan met de narcotrafico, maar ik vind dat je de plant zou moeten legaliseren omdat het een magische plant is.” Door: Mijke van Wijk