Schandpaaljournalistiek

08 Sep 2017

Stel je voor dat je je hele leven hebt besteed aan het bestrijden van henneptelers en coffeeshops. En dan dreigt de overheid ineens de wietindustrie te gaan reguleren. Weg criminaliteit! Voor sommige mensen is dit een bittere pil. In een laatste poging om het tij te keren, trekken ze alles uit de kast om de regulering van hennepteelt tegen te houden en coffeeshopondernemers in een slecht daglicht te plaatsen.


 Onlangs resulteerde dit in een aantal paginagrote artikelen in gerenommeerde bladen waarin zoveel mogelijk namen werden gedropt van ondernemers en bedrijven die op een of andere manier verbonden bleken te zijn met de wietsector. Let wel, het ging hier niet om onfrisse bedrijven die een zieltogend bestaan leiden. Het bleek om beursgenoteerde bedrijven te gaan, ondernemers uit de Quote-500, banken, vastgoedpartijen, etcetera. De auteurs noemden dit bedrijven uit de bovenwereld. Die bleken dus zaken te doen met wat zij al die jaren als de onderwereld hebben beschouwd. En dus moesten man en paard genoemd worden. Waarschijnlijk om de betreffende bedrijven en ondernemers ertoe te bewegen al hun banden met de zogenaamde onderwereld onmiddellijk te breken. Schandpaaljournalistiek.

Achterhaald beeld

De journalisten waren in alle stilte maandenlang bezig geweest met het onderzoek. Eigenlijk hadden ze gehoopt grote georganiseerde misdaadverbanden bloot te leggen. Maar tot hun grote verbazing bleken er dus vooral banden te zijn met ‘normale’ alom gerespecteerde bedrijven en ondernemers. In de tunnel die ze zelf hadden gegraven, was het hen kennelijk volledig ontgaan dat er in de wereld om ons heen met heel andere ogen naar de wietsector wordt gekeken dan vijftien jaar geleden. Het criminaliteitsperspectief heeft jarenlang gedomineerd. Maar dat is slechts één manier waarop je naar die sector kunt kijken. Inmiddels beschouwen investeerders de wietsector als een zeer boeiend (deels) ontontgonnen terrein. Een sector die allerlei mogelijkheden biedt voor innovaties, wetenschap en daarmee ook financieel erg aantrekkelijk is voor allerlei partijen. Als je vanuit dat perspectief naar de sector kijkt, dan zie je vooral mogelijkheden en kansen. En dat past slecht in het achterhaalde beeld van mensen die de sector als een groot crimineel probleem zien.

Naming and shaming

Vier maanden onderzoek van de journalisten had dus geen smeuïge misdaadfeiten opgeleverd. Het feit dat tegenwoordig ook de ‘bovenwereld’ investeert in de cannabissector, omdat het een geaccepteerde wereld is geworden, paste niet in de misdadige beeld van de journalisten. Toch moest er iets gepubliceerd worden. Daarom werden mensen met naam en adres op een soort digitale schandpaal vastgepind. Zonder dollen, natuurlijk bestaat de cannabissector niet alleen maar uit brave borsten. Om je als ondernemer staande te houden in deze sector moet je uit stevig hout zijn gesneden. Maar het publiceren van namenlijsten van ondernemers, inclusief hun adres, als een soort van naming and shaming van cannabisondernemers levert onnodige gevaren op voor de betrokken ondernemers. Het is een te makkelijk lijstje voor losgeldjagers. Zo zou het niet gepikt worden als er grootschalig thuisadreslijsten van juweliers worden verspreid. De betrokken journalisten zien dat probleem niet zo. Ze willen graag transparant zijn, heet het. En de cannabiswereld bestaat in de achterhaalde kijk van de journalisten uit allemaal criminelen, en die zijn vogelvrij, net als ieder willekeurig insect, nietwaar? Ach, het lijken de laatste stuiptrekkingen van moraalridders die een achterhoede gevecht voeren.